Zwolle – Leerlingen uit het praktijkonderwijs verdienen een kans op een mbo-diploma. Om deze kansen te optimaliseren ondertekenden zeven scholen voor praktijkonderwijs en drie mbo-scholen uit de regio vandaag een samenwerkingsconvenant. Een opmerkelijke samenwerking, aldus voorzitter van Heerikhuize van de vereniging Landelijk Werkverband Praktijkonderwijs. ‘Het vergt lef om niet vanuit systemen, maar vanuit de leerlingen te denken en te doen’.
Doorgaans gaat men ervan uit dat leerlingen niet voor niets praktijkonderwijs volgen: zij worden niet in staat geacht een regulier diploma te behalen. De praktijk bewijst echter het tegendeel. In het praktijkonderwijs in de regio werkt men onofficieel al langer samen met het mbo. Leerlingen worden op verschillende manieren zorgvuldig begeleid naar een middelbare beroepsopleiding. Vanaf vandaag geschiedt dit officieel. Op de school voor Praktijkonderwijs Het Kwartiers in Zwolle-Zuid werd een samenwerkings- convenant bekrachtigd. Van het praktijkonderwijs tekenden De Ambelt, het Carmel College Salland, De Twijn, het Diezer College, het Ichthus College, het Thomas a Kempis College en De Maat. Aan de mbo-zijde zetten afgevaardigden van Landstede, AOC de Groene Welle en het Deltion College hun handtekening. De samenwerking werd symbolisch met knallende confettipoppers bekrachtigd door een aantal leerlingen.
Het belang van de leerling voorop
Een discussiepanel, geleid door Job Boot, belichtte de meerwaarde van de samenwerking. ‘De leerlingen krijgen op deze manier veel meer kansen’, aldus Van Heerikhuize. ‘Het is mooi om te zien hoe het belang van de leerling uiteenlopende partijen uit het praktijkonderwijs, het voortgezet speciaal onderwijs en het middelbaar beroeps onderwijs samenbrengt. Het is een systeemoverstijgende samenwerking vanuit drie wetgevingscircuits, en het vergt lef om het zo aan te pakken.’ ‘Het mooie is dat dit initiatief vanuit het werkveld is ontstaan’, zegt directeur Henk Robben van de Groene Welle. ‘Als het aan de vergadertafel was bedacht, was het niet gelukt. De samenwerking biedt meerwaarde, niet in het minst omdat er veel deskundigheid en expertise bij elkaar wordt gebracht.’ ‘Zonder de juiste begeleiding zouden praktijkonderwijsleerlingen het niet redden in het mbo, dat hebben we vaker kunnen zien’, zegt leerplichtambtenaar Hetty Cremers. ‘Met het vangnet dat op deze manier is gecreëerd, is het allemaal veel beter geregeld.’
Het onderwijsprogramma
Afgesproken is dat de mbo-scholen een onderwijsprogramma ontwikkelen voor minimaal vier klokuren per week, gedurende minimaal drie maanden per schooljaar. Daarnaast krijgen de leerlingen extra ondersteuning op hun eigen praktijkscholen. Het is maatwerk: per leerling wordt onderzocht of het programma kan leiden tot een (deel)certificaat. Er wordt volop informatie uitgewisseld over eventuele leerachterstanden of –stoornissen, stages, thuissituatie, IQ en bijvoorbeeld de sociaal/emotionele ontwikkeling van de leerling en over de vorderingen. Doordat de leerling op een gecontroleerde manier kennismaakt met het beroepsonderwijs is de kans bovendien groter dat hij/zij zich ook voor een vervolgopleiding thuis zal voelen in het reguliere mbo-onderwijs.
‘Ik ben heel erg blij met de kans die ik krijg op school’, zegt leerling Nick Krijn. Hij is 16 en gaat een dag per week naar het Ichthus College en volgt twee dagen per week een horecaopleiding bij Deltion. De overige twee dagen loopt hij stage in een eetcafé in Kampen. ‘Ik leer dat als ik zelf niet aanpak, dat het dan ook niet lukt. Maar door de kans die ik nu krijg zie ik mijn toekomst heel helder. Ik wil later hoofdkelner worden.’