Zwolle – Op advies van de Gezondheidsraad worden pasgeboren baby’s in Nederland sinds 1 mei ook getest op taaislijmziekte (cystic fibrosis). Het laboratorium van de Isala klinieken is één van de twee laboratoria in Nederland die het bijbehorende DNA-onderzoek, als onderdeel van die screening, uit gaat voeren.
Vijf laboratoria, waaronder die van de Isala klinieken, doen in Nederland de hielprikscreening. Als uit deze screening blijkt dat een baby mogelijk taaislijmziekte heeft, wordt ook het DNA gescreend. De combinatie van beide technieken leidt tot een betrouwbaar resultaat, waardoor kinderen in een vroeg stadium van deze ziekte kunnen worden doorverwezen naar de kinderlongarts. Gebleken is dat het zo vroeg mogelijk starten van de behandeling leidt tot minder complicaties en een betere kwaliteit van leven. Dat is met name van belang voor deze patiëntengroep, omdat de gemiddelde levensverwachting van patiënten met taaislijmziekte in de afgelopen jaren gestegen is naar circa 40 jaar. Keuze laboratoria
In maart 2010 heeft de Gezondheidsraad geadviseerd om cystic fibrosis toe te voegen aan de hielprikscreening. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft vervolgens het RIVM verzocht een advies uit te brengen voor de keuze van laboratoria die de screening kunnen uitvoeren. Er is gekozen voor het laboratorium van de Isala klinieken, omdat dit laboratorium de DNA-techniek al beheerst en voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen. Naar verwachting zal het laboratorium van de Isala klinieken zo’n 100 DNA-screeningen per jaar gaan doen op cystic fibrosis. Het andere laboratorium dat DNA-screening uitvoert is gevestigd in Tilburg.