Zwolle – Het geld dat de gemeente Zwolle uittrekt voor armoederegelingen komt terecht bij de inwoners die dat het hardst nodig hebben, zo blijkt uit onderzoek van Nibud. Dankzij deze regelingen kunnen veel inwoners hun noodzakelijke levensbehoeften betalen. Toch worden sommige huishoudens geconfronteerd met soms hoge tekorten.
Het college van B&W wil het armoedebeleid nog gerichter inzetten om die tekorten te beperken. Daarom stelt het college voor om jaarlijks € 150.000,- extra uit te trekken voor kinderparticipatie. Ook wil het college de voorwaarden voor de scholierenregeling verruimen, zodat circa 350 extra kinderen hiervan gebruik kunnen maken. Het college van B&W heeft met de gemeenteraad afgesproken om in 2015, 2016 en 2017 de effecten rond de armoedegrens en de nieuwe regelingen voor chronisch zieken en gehandicapten te monitoren. In 2015 zijn er verschillende onderzoeken uitgevoerd, waaronder door Nibud, en er zijn gesprekken gevoerd met chronisch zieken en gehandicapten. Ook is gebruikgemaakt van landelijke onderzoeken, zoals van SCP en CBS.
Meer Zwollenaren met laag inkomen
Uit de onderzoeken blijkt dat er meer Zwollenaren van een laag inkomen moeten rondkomen: van 10,9% (5.600 huishoudens) in 2012 naar 11,2% (5.900 huishoudens) in 2014. Een zorgelijke ontwikkeling, maar gezien de economische crisis niet geheel onverwacht. De omvang en groei van de doelgroep liggen in onze stad zelfs lager dan het landelijk gemiddelde. Zo is het aantal Zwolse huishoudens dat langdurig moet rondkomen van een laag inkomen 4,8%. Landelijk ligt dit percentage op 5,2.
Groei bereik regelingen
Zwolle vindt het belangrijk dat iedereen meedoet en kan meedoen. Daarom zijn er verschillende gemeentelijke inkomensregelingen. Het gebruik ervan is de laatste jaren toegenomen. Een goed teken, want hierdoor kunnen mensen die dat nodig hebben hun inkomen op peil houden en voorkomen zij schulden. Met name het gebruik van de collectieve zorgverzekering laat een grote groei zien. Ook het gebruik van de individuele inkomenstoeslag is gegroeid, net zoals het aantal huishoudens dat bijzondere bijstand ontvangt.
Kinderen
Naar verwachting groeien er in Zwolle momenteel circa 2.700 kinderen op in een huishouden met een laag inkomen. Dat is 10,3% van de Zwolse kinderen. Speciaal voor deze huishoudens met kinderen heeft de gemeente Zwolle diverse inkomensregelingen, zoals het zwemvanget, een vergoeding voor de peuterspeelzaal, de scholierenregeling en vergoedingen voor sport- en cultuuractiviteiten.
In pakweg twee jaar tijd zag het Jeugdsportfonds bijna een verdubbeling in het aantal aanvragen. Ook via Stichting Meedoen en het Jeugdcultuurfonds konden meer kinderen deelnemen aan cultuur- of schoolactiviteiten. Om het toenemend aantal aanvragen bij deze fondsen te kunnen honereren, wil het college van B&W jaarlijks € 150.000,- extra beschikbaar stellen. Op advies van het Nibud wil het college de scholierenregeling versoepelen voor huishoudens met een inkomen tot 130% van het sociaal minimum.
Chronisch zieken
Inwoners die een chronische ziekte of beperking hebben, die gebruikmaken van een Wmo-voorziening en van wie het inkomen tot 130% van sociaal minimum is, kunnen in Zwolle gebruikmaken van twee regelingen: de collectieve zorgverzekering en de tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten. Uit gesprekken met de doelgroep blijkt dat deze inwoners over het algemeen tevreden zijn over deze regelingen. Hierdoor kunnen zij het wettelijk eigen risico van de zorgverzekering en eigen bijdrages voor Wmo-voorzieningen vergoed krijgen of niet-vergoede medicatie betalen. Dat de gemeente Zwolle de inkomensgrens tot 130% hanteert, pakt gunstig uit. Uit het Nibud-onderzoek blijkt namelijk dat deze inwoners mede hierdoor niet in de rode cijfers komen. Omdat de regeling chonisch zieken pas sinds 2015 aangevraagd kan worden, zijn er nog geen onderzoekscijfers bekend over het gebruik. Wel neemt het college van B&W de aanbeveling over om de toegang tot de regeling te vergroten.
Meedoen
Wie moet rondkomen van een laag inkomen en kosten voor wonen, boodschappen en andere noodzakelijke eerstelevensbehoeften heeft betaald, heeft vaak weinig geld over. Het Nibud constateert dat dit vooral komt door het rijksbeleid en dat de gemeente Zwolle al goede beleidskeuzes heeft gemaakt om de gevolgen hiervan te repareren. Aan de hoogte van de bijstandsuitkering en kindgebonden toeslagen kan en mag de gemeente niets veranderen. Dat neemt niet weg dat het college van B&W het zorgwekkend vindt dat meedoen voor deze groep huishoudens onder druk staat. Daarom gaat de gemeente in gesprekken met het Rijk hiervoor aandacht vragen. Ook gaat de gemeente in gesprek met partners in de stad, om samen te bekijken met welke aanpassingen meedoen voor meer inwoners mogelijk is.