Zwolle – Woensdagmiddag werd op de hoek van de Meppelerstraatweg en de Molenkampsweg de toegangspoort van de algemene begraafplaats aldaar teruggeplaatst. Wethouder H. Kenkhuis was bij dit bijzondere moment aanwezig en beklom even later de ladder om de bovenkant van het hek aan de monumentale pilaren vast te maken. De handeling vond plaats in het kader van de feestelijke oplevering van het onderhoud op de begraafplaats.
Door de jaren heen is het hekwerk rond de Algemene begraafplaats aan de Meppelerstraatweg en de Molenkampsweg in verval geraakt. Vooral de toegangspoort was aan een flinke opknapbeurt toe. Het gemeentebestuur van Zwolle heeft vorig jaar besloten de toegangspoort te laten restaureren. Om dit specialistische werk op een verantwoorde wijze uit te laten voeren heeft de gemeente twee Zwolse bedrijven en een bedrijf uit Genemuiden in de arm genomen. Op de begraafplaats liggen een aantal bekende Zwollenaren begraven. Dat zijn onder andere Rhijnvis Feith, Baron van Ittersum, een grafmonument voor Johannes ter Pelkwijk, Willem Jan Schuttevaer en Gerhard Heinrich Senden. De begraafplaats kent twee gebouwen. Een lijkenhuis met een houten gevel. Deze doet tegenwoordig (2006) dienst als ruimte voor de onderhoudsploeg van de gemeente. Naast de toegangspoort staat een dienstwoning die van rond 1900 dateert. Deze staat nu leeg en wordt af en toe verhuurd voor bewoning om zodoende leegstand en verpaupering te voorkomen. Aan de Meppelerstraatweg is een toegangshek waar een begrafenisstoet gebruik van kan maken.
Algemene begraafplaats:
In 1823 kocht de gemeente Zwolle de grond aan en liet deze ophogen om zodoende de lijken boven de grondwaterspiegel te kunnen begraven.Het was lange tijd de enige gemeentelijke begraafplaats in de stad. Aanvankelijk werd het in de volksmond het Nieuwe Kerkhof genoemd. De begraafplaats is sober aangelegd. Dit is opvallend, omdat het in deze tijd gebruik was om begraafplaatsen door een tuinarchitect te laten inrichten als Engelse landschapstuin.
De begraafplaats werd bij de de oprichting onderverdeeld in de maatschappelijke klassen die indertijd golden. Dit werd aangegeven met bordjes. Deze zijn nog steeds aan te treffen op de begraafplaats.Sinds 1954 worden er geen nieuwe graven meer uitgegeven. Wel zijn er soms nog bijzettingen in familiegraven.
Johannes ter Pelkwijk ligt niet begraven aan de Meppelerstraatweg, maar in de Grote of Sint-Michaëlskerk. Wel staat er ter nagedachtenis aan hem een gietijzeren monument.
=======
U hebt gelijk:
Op begraafplaats Meppelerstraatweg is een monument geplaatst ter nagedachtenis aan de staatsman Johannes ter Pelkwijk. Het is betaald door de stad Zwolle. Dit monument is bijzonder, omdat het één van de weinige gietijzeren grafmonumenten in Nederland is. Het is gemaakt door de ijzergieterij Nering Bögel. Johannes ter Pelkwijk ligt hier overigens niet begraven, maar in de Sint Michaëlskerk in Zwolle. Het monument is tegenwoordig een rijksmonument.
begraafplaats
Het lijkenhuis werd in 1952 al gebruikt als onderkomen voor de mensen die werkten op de begraafplaats en ongeveer twee jaar later ook de mensen van de plantsoendienst.Tevens stonden er ook de gereedschappen en machines van de plantsoendienst.
Dus het gebruik van het lijkenhuis als onderkomen dateert al van voor 2006.