Zwolle – De Craft Ster van Zwolle was in 2021 door corona één keer niet de openingsklassieker van het wielerseizoen, maar juist de laatste koers van de Nederlandse wielerkalender. Coen Vermeltfoort werd als winnaar gehuldigd van deze 61e editie.
Hierna werd de organisatie geconfronteerd met het ziekbed en het uiteindelijk overlijden van organisator en voorzitter Jan van Ommen. Daarom werd de wedstrijd in 2022 niet verreden. Gelukkig is er licht aan de horizon voor de Ster en organiseert een nieuw bestuur op zaterdag 4 maart de 62e editie van de Craft Ster van Zwolle, wederom als opening van het Nederlandse wielerseizoen.
De overgebleven bestuursleden Evert Slager en Henk Ymker hebben nagedacht hoe de Craft Ster van Zwolle een passend vervolg kan worden gegeven. Er is intussen een nieuw bestuur gevormd dat de organisatie van de Ster van Zwolle op zich wil nemen.
Voorzitter is Thijs Rondhuis, bekend als organisator van diverse Nederlandse en Europese Kampioenschappen en etappekoersen als Olympia’s Tour en de Simac Ladies Tour. Als secretaris gaat Harry Kanis aan de slag. Hij heeft ervaring met onder meer de Omloop van de IJsseldelta en zodoende ruime kennis van de wielerwereld. De eveneens in Zwolle woonachtige Gerben Kroeze en Rik Jansen gaan de interne en externe betrekkingen verzorgen. Met ondersteuning van oud-bestuursleden Henk Ymker, Evert Slager en daarnaast Jeroen Heethaar in de adviesgroep, wil dit team een waardige editie organiseren, opgedragen aan Jan van Ommen.
“De Ster is altijd al de openingsklassieker van Nederland geweest, een begrip op de kalender en een wedstrijd die elke liefhebber kent,” zegt Rondhuis. “Zo’n klassieker mag gewoon niet verdwijnen. Met de nieuwe ploeg beschikken we over ervaring en kennis en gaan we uit van een prima samenwerking en korte lijnen met overheden en ondernemers.”
In de komende tijd volgen er gesprekken met betrokkenen, zoals onmisbare sponsors en vrijwilligers. Harry Kanis: “We gaan er écht van uit, dat het gaat lukken. Inzet van politie, het verkrijgen van de nodige vergunningen en natuurlijk de inzet van de vele vrijwilligers zijn daarbij cruciaal. De eerste bevindingen geven ons een positief gevoel.”
