In de tijd dat Zwolle nog een eigen politiekorps had, haalde ik mijn rijbewijs. Voor de beeldvorming, het Zwolse politiebureau was gevestigd in de Lombardstraat. Later verhuisden ze naar de hoek van de Schuurmanstraat en het Groot Wezenland.
’t Was ook de tijd dat er naast de politiekorpsen van de grotere gemeenten, voor de regio’s het landelijk korps Rijkspolitie bestond.
’t Was nog de tijd dat er door oom agent nog veel op de fiets werd gecontroleerd. Ook of er niet stiekem op straat gevoetbald werd, of je fietsverlichting het wel deed en op meer van dat soort zaken.
Zwolle werd groter, de A28 ontstond en viel in de beginjaren onder het verkeerstoezicht van de politie van Zwolle. Soms werd er groots gedacht bij de gemeente, daarom werd voor dat doel, die A28-controle, een tweedehands Porsche aangeschaft waarmee, zo werd gedacht, behoorlijke indruk op menig chauffeur zou worden gemaakt.
Er kwamen foto’s in de krant van de Porsche, met welhaast vanzelfsprekend, de in Zwolle zeer bekende agent Frankie Bootsma achter het stuur. Het project was geen lang leven beschoren. Het aantal te berijden kilometers op die snelweg bleek veel te weinig te zijn voor zo’n auto.
Ik had amper mijn rijbewijs toen ik eens op de Rhijnvis Feithlaan reed toen bij het, daar toen nog in gebruik zijnde Sophia Ziekenhuis, de nieuwe geheel blauwe politiebus met zwaailichten en lawaai vertrok. Echter, met een snelheid die ik met mijn auto, een tweedehandsje (voor de kenners een Ford Taunus 12M) makkelijk bij kon houden. Dat deed ik dus ook.
’t Was wonderbaarlijk, want hoe hun route ook ging, ik kreeg geen idee waarheen ze op weg waren. Uiteindelijk kwamen we weer op hetzelfde punt uit, bij het ziekenhuis aan de Rhijnvis Feithlaan, waar de blauwe lichten en het geluid werden gedoofd.
De politie had destijds klaarblijkelijk even tijd om dingen te doen, te oefenen waarschijnlijk, waar ze in het Zwolle van toen, wellicht niet vaak aan toekwamen.
Waarmee ik niet zeggen wil dat het nu niet ineens als positief moet worden ervaren als we de hele dag sirenes horen. Want dan is het, in tegenstelling met toen, wel menens.
Persoonlijk vind ik het zorgelijk dat de dienders tegenwoordig, voor van alles, zelfs voor het voeren van zwaailichten, toestemming moeten hebben. En dan ook nog van Jan en alleman een grote mond krijgen. Frankie Bootsma zou zich er niets van aangetrokken hebben.