Drie Zwolse politieagenten hebben donderdag bot gevangen in de rechtbank. Het trio werd afgelopen zomer op een melding over een verward persoon afgestuurd in Holtenbroek. David S. (27) richtte vanaf de eerste verdieping van een beschermde woonvorm een nepvuurwapen op de dienders en verkondigde dat er een bom in zijn kamer lag. De agenten verklaarden doodsangsten te hebben uitgestaan en nog steeds kampen met de psychische gevolgen van het incident. Ze eisten per persoon 2250 euro smartengeld. De rechtbank wees de claims af omdat politiemensen gehard moeten zijn tegen agressie tijdens hun werk.
In de eerste dagen van juni merkt Dave S. dat het steeds slechter met hem gaat. De Zwollenaar lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis en grijpt dan naar softdrugs. In een beschermde woonvorm van Limor aan de Händellaan gaat het op zondag 2 juni mis als S. zijn spullen uit het raam van zijn kamer naar buiten gooit. De politie wordt gebeld en die gaan op de melding af.
Musket van de rommelmarkt
Als de sterke arm in de straat aankomt, staat Dave S. voor het raam. Hij pakt een antiek musket dat hij jaren geleden op de rommelmarkt heeft gekocht en richt het op de agenten beneden in de straat. “Wegwezen hier!” schreeuwt hij de politiemensen toe. “Ik ga op jullie schieten.” Het lukt de agenten uiteindelijk om de verwarde man tot bedaren te krijgen. Hij komt met beide handen omhoog naar beneden en laat zich boeien. “Er ligt een tijdbom op jullie te wachten,” deelt hij mee. Uit voorzorg wordt dan de beschermde woonvorm ontruimd.
Een agent schrijft in zijn proces-verbaal dat hij zich niet bedreigd voelde en geen moment dacht dat er echt geschoten zou worden of dat er een bom in het pand zou liggen. Dat blijkt na onderzoek ook niet het geval te zijn. Drie collega’s van de politieman is het voorval echter niet in de koude kleren gaan zitten. Ze eisten een flinke schadevergoeding van S. voor het leed dat hen is aangedaan.
Schuldig aan bedreiging
“Ik was de hele maand mei al psychotisch,” vertelde Dave S. eerder deze maand aan de rechters tijdens de inhoudelijke behandeling van de strafzaak. “Dat wisten Limor en Dimence wel.” De aangehouden Zwollenaar komt op de psychiatrische afdeling van het huis van bewaring terecht. De psychiater geeft S. medicatie waardoor het weer beter met hem gaat. In zijn rapport schrijft de medicus: “Er lijkt op 2 juni 2024 sprake te zijn geweest van een psychotische ontregeling, waardoor verdachte dreigend en suïcidaal was.”
De rechtbank oordeelde dat S. zich inderdaad schuldig heeft gemaakt aan bedreiging en veroordeelde hem tot een gevangenisstraf van 180 dagen, waarvan 64 dagen onvoorwaardelijk. Die dagen heeft S. inmiddels uitgezeten in voorarrest. De rechters verwachten dat het risico dat Dave S. opnieuw zijn gevaarlijke gedrag herhaalt tot een minimum is beperkt, omdat er gelijktijdig met de vrijlating van de Zwollenaar een zorgmachtiging van kracht is. Daardoor kan dwangmedicatie worden ingezet en als het verder uit de hand loopt, kan S. gedwongen worden opgenomen in een kliniek.
Hogere eisen aan politiemensen
De rechtbank bepaalde dat burgers onder dergelijke bedreigende omstandigheden in aanmerking kunnen komen voor een schadevergoeding. In deze situatie ligt het volgens de rechtbank anders omdat de benadeelden politieagenten zijn. Volgens de rechtbank behoren politiemensen betere dan anderen opgewassen te zijn tegen agressie.
“Bij de selectie en opleiding komen stressbestendigheid en het kunnen omgaan met geweld aan de orde. Zij worden daarin getraind. Vaststaat dat politieambtenaren door en tijdens hun functievervulling worden geconfronteerd met agressie, hetgeen maakt dat er bij hen een zekere gehardheid zal optreden,” aldus de rechtbank. “Een zekere gehardheid is onmisbaar in de juiste uitoefening van de politietaak. In zoverre worden aan politieambtenaren soms hogere eisen gesteld dan aan een ‘gewone’ burger die niet over die opleiding, ervaring en gehardheid beschikt.”
Ook oordeelde de rechtbank dat geen van de agenten duidelijk kon maken welk leed ze is aangedaan door Dave S. “In deze specifieke situatie waarbij politieagenten reageren op een melding over een verward persoon, mag worden verwacht dat ze de gevolgen die ze hebben ondervonden voldoende motiveren,” aldus de rechtbank.