Zwolle – Waterschap Groot Salland stelt in 2010 en 2011 de legger op voor haar primaire en regionale waterkeringen. Een legger is een belangrijk document waarin de waterkeringen beschreven staan naar onder andere ligging, afmeting en vorm. Gegevens uit de legger worden gebruikt voor het uitvoeren van wettelijk verplichte veiligheidstoetsingen, het beoordelen van ontheffingaanvragen, het opstellen van onderhoudsbestekken, het verpachten van dijkpercelen en voor inspectie en schouw.
Waterschap Groot Salland wil de legger van een hoog kwaliteits- en detailniveau voorzien, zodat de nodige gegevens zo nauwkeurig mogelijk zijn. Om het gewenste niveau te bereiken zijn veel en specialistische berekeningen van de waterkeringen nodig. Deze werkzaamheden zijn door het waterschap uitbesteed aan ingenieursbureau Witteveen+Bos uit Deventer dat samenwerkt met onderaannemers Deltares en MOS-grondmechanica.
Witteveen+Bos en Deltares leveren specifieke kennis over waterkeringen en rekenmodellen. MOS-grondmechanica brengt door middel van grondonderzoek de bodem onder de regionale keringen in kaart. Voor de primaire keringen is dit in het verleden al gedaan. Mede op basis van deze gegevens worden de voor de legger benodigde berekeningen uitgevoerd. Het grondonderzoek wordt uitgevoerd, omdat de ondergrond van invloed is op het gedrag van de dijk. De overeenkomst tussen Waterschap Groot Salland en Witteveen+Bos is ondertekend door dijkgraaf Herman Dijk van Groot Salland en de directeur van Witteveen+Bos, Harry Webers.
Begin juli wordt een proef uitgevoerd. Tijdens deze ‘pilot’ wordt proefgedraaid met de rekenmodellen en worden ze afgestemd op de specifieke omstandigheden van het werkgebied van het Waterschap Groot Salland. De proef moet resulteren in een draaiboek op basis waarvan de legger wordt opgesteld. De verwachting is dat halverwege 2011 de werkzaamheden zijn afgerond.