Om de Wezo naar beter weer te loodsen, wordt de betrokken gemeentebesturen een pakket van 25actiepunten, samengebracht tot vijf hoofdthema’s voorgesteld. De betrokken gemeenten Dalfsen, Hattem, Raalte, Zwartewaterland en Zwolle krijgen hiermee de gelegenheid om in 2010 in ieder geval een positief exploitatieresultaat te hebben bij de regionale Sociale Werkvoorziening. De voorgestelde aanpak is gebaseerd op een onderzoek van Ernst & Young en de aanscherping daarop van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Wezo, Raad van Commissarissen en de directie.
Door tegenvallende resultaten bij de Wezo in het derde kwartaal van 2006 is door de betrokken gemeenten besloten een extern bureau onderzoek te laten doen naar de financiële situatie. Daarbij is gevraagd om te kijken naar de oorzaken van de verliezen, positie te bepalen en vooruit te kijken. Ook is de situatie vergeleken met andere, soortgelijke bedrijven.
Uit de analyse van de bedrijfsvoering is vastgesteld dat de exploitatietekorten van de afgelopen jaren vooral zijn veroorzaakt door verslechtering van subsidieresultaten en het teruglopen van opbrengsten uit industriële activiteiten. Daarbij is tevens geconstateerd dat de focus van de Wezo Groep nog teveel op de industriële activiteiten ligt en te weinig op dienstverlening. Om hier verandering in te brengen is een zogeheten verbeteragenda opgesteld, met acties op korte en de wat langere termijn. Daarbij staat vast dat alle zeilen moeten worden bijgezet om tot een gezonde bedrijfsvoering te komen. De Wezo is zelf aan zet, maar ook de betrokken gemeenten zullen extra inspanningen moeten doen
De verbeteringen zijn samengevat in vijf hoofdthema’s:
- Aansturing, waarmee de gemeenten meer de regie voeren.
- Verbetering van de bedrijfsvoering door een meer ondernemende organisatie.
- Effectief inkopen en inbesteden van de vijf gemeenten van diensten en opdrachten.
- Toekomstvisie ontwikkelen op participatiebeleid en het sociale werkvoorzieningenbeleid.
- Regionale participatietop mede gericht op andere organisaties en het regionale bedrijfsleven.
Om de verbeteragenda van de grond te krijgen wordt een zogeheten “buitenboordmotor” aangesteld. Dit wordt een persoon die naast bestaande structuren een initiërende-, aanjaag-, ondersteunende- en monitorende functie heeft.
Een aantal zaken moet voor 1 januari 2008 geregeld worden omdat in verband met een wetswijziging de geldstroom van de Wswmiddelen rechtstreeks gaat naar de gemeenten.
Daarbij is de komende maanden voldoende ruimte voor de gemeenteraden om discussie te voeren over de toekomstvisie die de gemeenten hebben. Het bestuur van de Wezo stelt voor deze discussie gezamenlijk te voeren.