Zwolle – Zaterdag lapten veel Zwollenaren de maatregelen om het coronavirus in te dammen massaal aan hun laars. Onder meer in de binnenstad en het winkelcentrum Stadshagen was het druk op straat.
Sinds het kabinet de maatregelen invoerde bleven de meeste mensen thuis en hielden zich goed aan de anderhalve meter regel. Zaterdag besloten veel mensen om toch weer de deur uit te gaan. Winkelen en een bezoekje aan de parken leek een favoriete bezigheid.
Sinds de laatste persconferentie lijkt er bij veel mensen onvrede te zijn ontstaan. Zij zien te weinig perspectief en vinden de beperkingen te lang duren. Voor het eerst sinds weken liggen er minder dan duizend coronapatiënten op de intensive care afdelingen. Ook is er een afname van het aantal in de ziekenhuizen opgenomen patiënten met het virus.
“We ervaren weer een toename van corona-gerelateerde ritten en ook ziekenhuisopnames lijken weer wat toe te nemen,” schreef Rudolf Tolsma, een verpleegkundig specialist van ambulancedienst IJsselland zaterdag op Twitter. “Lieve mensen, het ging de goede kant op omdat men zich redelijk goed aan de richtlijnen hield. Kennelijk voelt men nu ruimte, maar die ruimte is er simpelweg nog niet,” voegt hij er aan toe.
Ook wijkagent Alrik van den Berg maakt zich zorgen over wat hij zaterdag op straat zag. Hij drukt zich krachtiger uit. “Vandaag was het anders in Stadshagen. Complete gezinnen waren aan het winkelen. Eén grote middelvinger naar de zorg en naar iedereen die zich wel aan de maatregelen wil houden.”
Tegen winkelende gezinnen kan niet worden opgetreden. De anderhalve meter afstand houden en het samenscholen geldt niet voor mensen uit hetzelfde huishouden. Ook is het onmogelijk om vast te stellen of iemand naar de winkel gaat om noodzakelijk boodschappen te halen of voor er voor de lol heen gaat.
De bijna altijd vrolijke wijkagent maakt zich veel zorgen over het negeren van de maatregelen. Mensen moeten zo veel mogelijk thuis blijven. Ze moeten naar winkels gaan voor absoluut noodzakelijk boodschappen. Ook zouden mensen in hun eentje naar de winkel moeten gaan en niet met de hele familie.
“Voorgaande weken leek dat nog een redelijke gedachte, inmiddels een illusie,” zegt Van den Berg. “Zorgwekkend allemaal, zelfs voor een optimist zoals ik.”