Zwolle – Iedereen in Zwolle doet er toe. Iedereen moet mee kunnen doen in de samenleving. Jong, oud, met of zonder beperking. Om dit te realiseren heeft het college van burgemeester en wethouders het beleidskader Wet maatschappelijke ondersteuning 2010-2013 vastgesteld.
Uitgangspunt voor het beleidskader is het verbinden van mensen en rekening te houden met de verschillen in de persoonlijke situatie en mogelijkheden. Bij het opstellen van het concept-beleidskader is volop gebruik gemaakt van de inzichten vanuit de door de gemeente voor de zomer georganiseerde Wmo-conferentie, waar tal van maatschappelijke organisaties, welzijn- en zorginstellingen, raadsleden en cliëntenorganisaties aanwezig waren. Het concept-beleidskader wordt vrijgegeven voor inspraak tot en met 27 november aanstaande.
Het beleidskader gaat uit van vijf uitgangspunten:
1: Eigen kracht van mensen stimuleren: zorgen dat mensen de regie over hun leven houden of krijgen. Daarbij wordt uitgegaan van de eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid van de inwoners van Zwolle. Wat kunnen mensen zelf in hun eigen omgeving doen? Het sociale netwerk van een hulpvrager wordt vaker ingezet om de helpende hand te bieden.
2: Meer aandacht voor het voorkomen van problemen: het accent verleggen van individuele zorg en ondersteuning naar gerichte en specifieke preventie voor de samenleving als geheel. De gemeente wil aan de voorkant komen van problemen, dus problemen voorkomen.
3:Vertrouwen stellen in sociale netwerken en particuliere initiatieven: We kunnen niet alles alleen oplossen. Samen maken we de Stad is een manier van doen geworden. Sociale netwerken en particuliere initiatieven zijn van groot belang bij het in stand houden en bevorderen van maatschappelijke participatie en de betrokkenheid. De gemeente vertrouwt het zelforganiserend vermogen van de samenleving. De gemeente helpt deze ontplooien en verbind partijen. Subsidies kunnen initiatieven ondersteunen, maar zijn per definitie aanvullend op de inzet vanuit de samenleving.
4: Burger en cliënt centraal: er wordt meer verantwoordelijkheid verwacht van burgers en cliënten, daarom staan zij centraal bij de uitvoering van de Wmo. Analyses en oplossingen sluiten aan bij de dagelijkse praktijk en maken daadwerkelijk verschil.
5: Recht doen aan verschillen: geen mens is gelijk, de gemeente erkent dat en houdt er rekening mee in de maatregelen door maatwerk te leveren. Niettemin wil de gemeente mensen ook verbinden met elkaar en verschillen overbruggen. De collectieve voorzieningen zijn dus toegankelijk voor iedereen.