In 1965 werd de Sint-Michaëlskerk aan de Roggenstraat gesloopt om plaats te maken voor V&D. De totale sloop van de in 1892 ingewijde kerk duurde 35 weken. Het was een van de eerste gesloopte monumentale neogotische kerken in Nederland.
Zo halverwege de jaren zestig van de vorige eeuw had men weinig oog voor cultuurhistorisch erfgoed. Dit was niet alleen in Zwolle het geval. Ook in andere Nederlandse steden werd kaalslag gepleegd om plaats te maken voor brede wegen en winkelcentra.
Politiebewaking was nodig
In een berichtje uit de Zwolse Courant van 27 augustus 1965 staat te lezen hoe een dag eerder in de morgen om 20 over 7 met een fikse dreun de toren van de Sint-Michaëlskerk omlaag kwam: 3000 kilo hout, lood en lei viel op straat in duigen. De windhaan, die tachtig jaar lang (volgens de schrijver van het artikel) de toren had gesierd, “duikelde voor de spits uit en viel enigszins gedeukt in handen van een sloper. Trots hief de man de haan ten hemel.”
Eerder zouden enige Zwollenaren geprobeerd hebben het ding te bemachtigen door de haan van de spits te lichten. De politie moest eraan te pas komen om dit te voorkomen. Er waren hoge geldbedragen geboden voor de haan. De Zwolse smid Th. Jansen wilde zelfs met een helikopter de haan van de toren lichten. De Rijksluchtvaartdienst vond dit een te gevaarlijk plan en gaf er geen toestemming voor.
De haan werd overgedragen aan de gemeente, die een goede bestemming voor de haan zou zoeken nadat deze gerestaureerd was.
De beslissing om de kerk te slopen werd al in de jaren vijftig door het kerkbestuur genomen. Begin jaren zestig was hier alsnog enig protest tegen van betrokken Zwollenaren via ingezonden brieven in de Zwolse Courant. Een anonieme briefschrijver stelde voor het carillon van de Peperbus over te zetten naar de verlaagde versie van de ooit 78 meter hoge toren. Zo’n toren met carillon was beter dan een parkeerplaats vol “roestende status emblemen op wielen”, vond de briefschrijver. Er werd nauwelijks op gereageerd.
Beeldenstorm van de nieuwe tijd
Ook de beelden en ornamenten in de kerk vielen onder de slopershamer. Dit tegen het zere been van trouwe parochianen. Een van de ornamenten was het 8 meter hoge Thomas a Kempis monument van W. Mengelberg. Een betonnen afgietsel van het uit de puinhopen geredde hoofd van Thomas a Kempis staat op een piëdestal op begraafplaats Bergklooster. Jan van de Wetering noemt in de Canon van Zwolle de sloop van de Sint-Michaëlskerk een soort beeldenstorm van de nieuwe tijd.
In 2013 eindigde de Sint-Michaëlskerk op de tweede plaats in een door het Algemeen Dagblad uitgeschreven verkiezing van mooiste gesloopte kerk van Nederland.