Zwolle gaat bij grootschalige windmolen- en zonneparken dezelfde regels hanteren als de omliggende gemeenten Dalfsen, Staphorst en Zwartewaterland. Het college stelt de gemeenteraad voor het beleid rond lokaal eigendom aan te passen, zodat er één lijn ontstaat in de regio.
De aanpassing moet de regionale samenwerking versterken en het draagvlak voor de energietransitie vergroten. “De opbrengsten van duurzame energie blijven zo in het gebied en de betrokkenheid van inwoners staat centraal,” zegt wethouder Arjan Spaans. “De lusten en lasten worden eerlijker verdeeld.”
Zwolle had al beleid dat lokaal eigendom stimuleert, maar dat week af van de buurgemeenten. De verschillen bleken lastig bij windprojecten die precies op de gemeentegrenzen liggen, zoals bij Haerst en Genne. De gemeenten spreken daarom van “grensontkennend samenwerken”.
Voortaan moet minstens de helft van een energieproject in lokale handen zijn, met een streven naar volledig eigendom. Ook de afstand voor compensatie van omwonenden wordt gelijkgetrokken: maximaal 1500 meter rond windmolens en 500 meter bij zonneparken, ongeacht de gemeentegrens.
Als alle vier de gemeenteraden instemmen, ontstaat een gelijk speelveld voor initiatiefnemers en omwonenden. De afspraken moeten het ook makkelijker maken om grensoverschrijdende energieparken samen op te pakken.
Deze zomer werden 28 plannen ingediend voor windmolens in het gebied Haerst/Genne, waarvan twaalf over de grens tussen Zwolle en Zwartewaterland. De provincie bekijkt welk plan, of combinatie van plannen, daar het beste past. Wie verder mag, moet aantonen dat minimaal 50 procent van het project lokaal eigendom is.