Zwolle – Het PvdA wil van het Zwols College weten hoe de cliëntondersteuning binnen de WMO is geregeld, nu en na 2015.Want soms blijkt dat mensen zonder die ondersteuning compleet kunnen verdwalen tussen de verschillende loketten, afzonderlijke geldpotjes en conflicterende organisatiebelangen. De PvdA stelt de vragen naar aanleiding van een voorbeeld waarin iemand met een beperking in één jaar tijd te maken heeft 56 professionals, zonder dat er een bevredigende oplossing uit komt.
Raadslid Ben Ali: “Het leven met een ziekte of een beperking is soms al moeilijk genoeg. Na een ernstig ongeval bijvoorbeeld, zit je niet te wachten op 56 professionals met wie je moet knokken om de hoognodige ondersteuning te krijgen. Het helpt als er dan bij de gemeente één ambtenaar is met wie je te maken hebt, of het nou voor de kinderopvang is of voor inkomensondersteuning of voor een rolstoel. Het helpt dan als je niet als casus of als dossier wordt gezien, maar als iemand die daadwerkelijk ondersteuning nodig heeft en die ook krijgt. Het opkomen voor je recht om mee te mogen doen zou soms iets makkelijker mogen zijn, iets minder ingewikkeld, iets minder frustrerend”.
De vragen:
Zwolle, 14 januari 2014.
Art. 45 vragen: Eén huishouden, één ambtenaar.
Geacht College van B&W,
In het gemeentelijk beleid wordt herhaaldelijk gesproken over ‘één gezin, één plan, één regisseur’. Hiermee wordt bedoeld dat de Zwolse inwoners zoveel mogelijk door één iemand worden geholpen, op het moment dat zij meerdere hulpvragen hebben. Dat is niet alleen goedkoper, maar in de eerste plaats minder ingewikkeld en minder frustrerend voor degene die om hulp vraagt.
Alleen als het echt niet anders kan, is er sprake van meerdere hulpverleners of ondersteuners. In dat geval is echter één van hen er voor verantwoordelijk dat alles goed verloopt en dat de hulpvrager de juiste ondersteuning krijgt: de regisseur.
Het bekende voorbeeld dat vaak gegeven wordt, is dat we niet langer willen dat er 17 hulpverleners bij één gezin over de vloer komen en daar volledig langs elkaar werken.
Helaas kan en is het soms nog erger dan in dit voorbeeld. Onlangs bereikte ons namelijk het verhaal dat een inwoner van Zwolle met 56 verschillende professionals te maken had in één jaar tijd. Zes-en-vijftig!
Een ergotherapeut, een revalidatie-arts, een verzekeraar, het CIZ, een wmo-consulent van de gemeente, een bouwtechnisch adviseur van de gemeente, een klantbeheerder, iemand van het UWV, enz, enz.
Ook in dit voorbeeld is het tot op zekere hoogte onvermijdelijk dat deze Zwollenaar met verschillende professionals te maken heeft. Maar het bijzondere is dat deze persoon met al deze professionals moest onderhandelen over de noodzakelijke ondersteuning en zo een speelbal is geworden. Een speelbal die heen en weer stuitert tussen verschillende geldpotjes, conflicterende belangen en onderling afwijkende visies.
Zo werd de rolstoel geïndiceerd door de gemeente, een tweede organisatie verrichtte het passen en meten, een derde zorgde voor de levering. De rolstoel bleek echter niet geschikt voor de arbeidsplek en was te hoog om mee achter een bureau of vergadertafel te zitten. De gemeente wijst voor aanpassingen naar de werkgever, de werkgever wijst naar het UWV omdat er sprake is van een Wajong, het UWV wijst naar de gemeente want die heeft de rolstoel verstrekt. En dit is nog maar één voorbeeld uit het relaas van deze ene persoon.
Zes-en-vijftig. Het opkomen voor je recht om mee te mogen doen, het opkomen voor je mogelijkheden om te participeren, om ‘gewoon’ naar je werk te kunnen, het zou soms iets makkelijker mogen zijn, iets minder ingewikkeld, iets minder frustrerend.
Want dat is het voor deze persoon die, zoals het heet, ‘goed gebekt’ en academisch geschoold is, laat staan hoe het moet zijn voor iemand die niet zo goed in staat is voor zichzelf op te komen. Voor iemand die niet beschikt over de zogenoemde ‘bureacratische vaardigheden’ die nodig zijn om dit alles te snappen en om te kunnen participeren.
En na 2015 dreigt het er niet makkelijker op te worden. De gemeente wordt dan verantwoordelijk voor de Jeugdzorg, de Participatiewet en een aantal AWBZ-taken.
Op dit moment heeft de gemeente al een afdeling maatschappelijke ontwikkeling, een afdeling werk en inkomen, een loket WWB, een loket WMO, een loket participatie enz.
Bij ongewijzigde omstandigheden dreigt het voor de inwoners van Zwolle een ingewikkeld en onoverzichtelijk verhaal te worden. De spreekwoordelijke kasten en muren komen dan niet alleen nog verder van elkaar te staan, maar sommigen stuiten wellicht alleen nog maar op muren.
Het College heeft eerder aangegeven dit soort bureacratie aan te willen pakken door het inrichten van sociale wijkteams, maar dat is nog een hele prille ontwikkeling en heeft geen betrekking op de ambtelijke organisatie.
Daarom heeft de PvdA bij de begrotingsbehandeling op 9 november 2012 het College ook al gevraagd naar het principe van ‘één huishouden, één ambtenaar’. Een manier van werken die toen volop in ontwikkeling was binnen de gemeente.
Dat brengt ons tot de volgende vragen:
- Op welke wijze kunnen onze inwoners op dit moment vanuit de gemeente ondersteuning krijgen bij dit soort problemen (het huidige prestatieveld 3 van de WMO m.b.t. Cliëntondersteuning)?
- Hebben de WMO-consulenten ook de taak om de gewenste regiefunctie op zich te nemen en te zorgen dat de hulpvrager de juiste ondersteuning krijgt?
- Als het antwoord op voorgaande vragen ‘nee’ is, wat wordt er dan gedaan om te zorgen dat hulpvragers deze strijd niet hoeven te voeren, oftewel: op welke ‘regisseur’ kunnen zij een beroep doen (zie par.2.2.4. van de nieuwe WMO 2015 en m.b.t. Cliëntondersteuning)?
- Hoe zorgt het College ervoor dat mensen die beperkt zelfredzaam zijn (en niet met de organisatie MEE te maken hebben) voldoende ondersteund worden als zij met verschillende afdelingen van de gemeente en met verschillende organisaties te maken hebben?
- Hoe wordt er (nu en na de decentralisaties) voor gezorgd dat de verschillende sociale afdelingen van onze gemeente samenwerken en met elkaar afstemmen als zij afzonderlijk met één gezin of één inwoner te maken hebben?
- Wat is de stand van zaken als het gaat om het werken volgens het principe ‘één huishouden, één ambtenaar’?
MvG,
PvdA Zwolle
Youcef Ben Ali.
Youcef legt de vinger bij een zere plek. Ook hier wordt de client in een bestaand systeem geperst, terwijl het systeem – de organisatie – er ten dienste van de client moet zijn.
We bekommeren ons meer om de één-loket functie voor ondernemers, dan voor de Zwollenaar die op meerdere fronten hulp nodig heeft.
Het is voor verbetering vatbaar, zullen we maar zeggen
Eens met John. Geschrokken van bovenstaand voorbeeld; ik vind het heel schrijnend. Maar ik vraag me ook af: heeft die bovengenoemde Zwollenaar geen persoonlijk begeleider? Via RIBW of Dimence of wat dan ook? Iemand die voor die persoon alles op een rijtje kan zetten? Ik neem toch niet aan dat die persoon aan zijn/haar lot is/werd overgelaten en zomaar in het diepe werd gegooid?
Komt omdat elke zorgverlener zich beperkt tot zijn eigen parochie. Zodra er geen casemanager is of zorg coördinator kan het zo zijn dat voor elk probleem in het gezin een dure hulpverlener aan tafel zit en de een niet van de ander weet wat die nu precies doet.
Youcef moet er alles van weten aangezien hij zelf in de jeudzorg gewerkt heeft.
Vraag is dus: hoe ver is Zwolle met de reorganisatie in deze, en hoe gaat de boel er straks uitzien: hoeveel parochies/kastjes blijven er over. Gaat Zwolle dit wiel zelf uitvinden, of komt er een advies van bijv. de VNN?
John, Ik ben het zowel met het artikel eens als met jou. Ik weet dat dit vraagstuk niet alleen in Zwolle speelt en dat er nog wel eens voorbij gegaan wordt aan het volgende bestaat wel het risico dat men aan het volgende voorbij gaat: Zorg en ondersteuning zijn, zoals bekend, opgedeeld in verschillende levensgebieden. Werk en inkomen, vrije tijd, huis en gezin, geestelijk en lichamelijke verzorging, administratie, financiële planning etc etc. Om voor ieder gebied een bepaald contactpersoon te hebben, is vervelend. Maar ieder gebied vraagt ook vaak zodanig specialistische (en vaak veranderende) kennis dat het bijna onmogelijk is om hierin als allrounder te werk te gaan. Dan heb je het nog niet eens over de verschillende manieren waarop er met mensen met verschillende beperkingen moet worden omgegaan. Want ook dat vraagt specialisaties. Of het nu gaat om iemand met ASS, met niet aangeboren hersenletsel, persoonlijkheidsstoornissen, etc: het vraagt per categorie gespecialiseerde kennis en vaardigheden om tot resultaten te leiden.
De ambtenaar belast met deze taak, zal dan ook van veel markten heel erg thuis moeten zijn. In het artikel staat dat er alleen meer mensen betrokken moeten worden wanneer dat echt noodzakelijk is, ik schat in dat dat in het gros van de gevallen zo is. Vaak veroorzaakt een beperking immers een keten van obstakels.
Ik vraag me dan ook af of of het wel reëel is om daar een ambtenaar op te zetten. Ik voorspel dat deze gillend gek wordt, of dat hij/zij lang niet de kwaliteit kan leveren die nodig is. Een vaste regisseur kan hierin inderdaad uitkomst bieden, maar aan meerdere contactpersonen ontkom je simpelweg niet.
Dat het te ontwikkelen beleid en aanpak hierin moeilijk is, lijkt me duidelijk. Zeker gezien de tijdsdruk. Misschien onderschat ik de gemeente Zwolle, maar het zou me niet verbazen als er teveel op eigen inzicht en kennis gevaren wordt, puur om de kosten beperkt te houden. Ik denk dat dat zeer ten koste van de cliënten zou gaan.
eens Mul, je ziet dit nu ook bij de werkwijze van het CIZ. Mensen met een beperking moeten aan een getrainde telefonist uit gaan leggen dat ze hulp nodig hebben. Veel indicaties komen te verdwijnen of worden geminimaliseerd. De gevolgen daarvan zijn voor het gezin direct merkbaar, maar voor de buitenwereld pas als het goed misgaat en er vervolgens nog duurdere zorg of soms zelf justitiële maatregelen nodig zijn om alles weer op de rit te krijgen.
Mul, er is geen ambtenaar, die van alle markten thuis is, klopt. Ik zie het ook meer als rangeerder: iemand die weet waar hij moet zijn bij hulpvraag en die daardoor ook bewaakt dat er niet onnodig dubbel gewerkt wordt.
Het is meer een accountmanager.
Ter vergelijking:
Als ik medicijnen haal bij de apotheek, wordt bekeken of ze passen bij de medicijnen die ik al gebruik. (Krijg je op mijn leeftijd ??)
Haha. Ik hoop in elk geval dat het niet voor iets heel ernstigs is John;)
Maar ik ken het principe inderdaad. Het doet me wel erg denken aan de manier waarop MEE werkt. Nu kan ik me het voorstellen dat een organisatie in de arm nemen (of eigenlijk houden) een extra strijkstok meebrengt. Maar naar ik aanneem heeft een dergelijke organisatie ook een bult kennis, ervaring en bekwaamheid opgebouwd die niet zo een twee drie te reproduceren is.
Ik weet ook dat geld van de AWBZ nu richting gemeenten gaat en dat dit niet geoormerkt is. Wat ik me afvraag is of dit geld ten volle wordt besteed aan zorg, of dat er deels in de gauwigheid begrotingstekorten mee opgevuld worden. Dit gebeurt naar ik heb vernomen elders wel. van Zwolle heb ik best een positieve indruk in dit opzicht, is die indruk terecht
Hoorde nog een vraagteken achter….
Idee gejat van de Zwolse SP…
Die indruk is terecht, Mul.
Met vriendelijke groet!
Dag, als het mag een paar korte reacties, mede gezien het late tijdstip. Hopelijk is daarmee niemand tekort gedaan. Allen dank voor uw reacties!
@JohnvanBoven, dank! En klopt, we moeten naar de inrichting van het socialedomein zoals we b.v. de aanvraag van de omgevingsvergunning hebben ingricht: 1 loket voor bouw-, sloop-, milieu, aanleg- en andere vergunningen.
@HansvanEijsden: nee, deze persoon heeft geen begeleider of ondersteuner vanuit de RIBW, Dimence, MEE of anderszins. Zoals gezegd iemand die normaliter goed in staat is de eigen belangen te behartigen, maar vastloopt op de 0900-mentaliteit van sommige organisaties: wilt u dienst X, toets dan 9….”helaas is er niemand beschikbaar, probeert u het later of elders nog eens”. Hiermee is overigens niet de kwaaie vinger gewezen naar de gemeente hoor.
@1eJohn: klopt, weet er alles van 😉 Maar weet ook dat het daar aangepakt wordt, van begin tot eind dezelfde hulpverlener. En eerlijk is eerlijk, dis is niet alleen een weeffout in het systeem, het vraagt ook om professionals die door roeien en ruiten gaan, die durven het hitteschild te zijn tussen hun client en de overheid en bureaucratische organisaties aan de andere kant.
@Mul: De spanningen die jij beschrijft tussen generalist en specialist zijn precies de spanningen die op dit moment de sociale sector en de onderwijsinstellingen bezig houden. Belangrijk vraagstuk inderdaad. Een ambtenaar hoeft geen alleskunner te zijn, maar we vinden dat ie als eindveranwoordelijke wel de regie moet voeren, centraal aanspreekpunt moet zijn en de ??gastheer of ??vrouw?? moet zijn die de gast door het huis leidt. En je indruk is terecht, Zwolle plust uit eigen middelen bij als er tekorten zijn op de WMO.
@HansVu: Ben blij dat je het een goed idee vindt!
Martijn en Youssef, bedankt voor de heldere respons. Fijn ook dat mijn indruk terecht is:)
Youssef, bedankt voor je reply(ik heb je in je BJZO tijd nog wel eens gesproken). Vraag aan jou: hoe bewaken we de onafhankelijkheid en objectiviteit van één regisseur? Deze zal uiteindelijk ook door een partij met belangen betaalt moeten worden?
Ik ben verder van mening dat er ook een cultuuromslag moet plaatsvinden in de houding van de cliënt en de zorgverlener waarbij de zorgverlener niet alles uit handen moet nemen en de cliënt zoveel mogelijk kijkt naar zijn eigen mogelijkheden.
Ik merk nu dat hier wel een insteek gemaakt wordt door de overheid met de ‘participatiesamenleving’, maar dat ze hier soms in doorschieten door van iedereen hetzelfde te verwachten zoals de bv de licht verstandelijk beperkte mensen.
Links lullen. Rechts vullen.
Zodra de verkiezingen voorbij zijn, hoor je weer jaren niks van de partijen die in het college zitten.
Tot aan november 2017, want dat starten de collegepartijen massaal de campagne: ‘Hoe behoud ik mijn meerderheid’?.
Wederom, hulde aan een verkiezingsbelofte die na 19 maart op grote schaal geschonden gaat worden. Of beter gezegd: nooit uitvoerbaar zal worden. Want op 20 maart hebben de PVDA en VVD samen 4 zetels.
Jammer he? Die landelijke trend waar je lokaal helemaal NIETS aan kunt doen.
@1steJohn Sorry, late reactie. En uiteraard nieuwsgierig wie je bent!
Scherpe en lastige vraag, hoe je de onafhankelijkheid en objectiviteit van die ene regisseur bewaakt.
Als je er ideeën over hebt, graag!
Die regisseur zal moeten komen van een van de deelnemende organisaties of van de gemeente. In sommige gemeenten is een ambtenaar de teamleider van een wijkteam. Een tegenargument dat voor alle partijen geldt, kan het argument zijn dat zij alle hun eigen organisatiebelangen voor ogen hebben. Er is al geopperd dat dit ook voor de gemeente geldt, omdat een gemeentelijk regisseur de dubbele opdracht heeft om goede zorg te realiseren en tegelijkertijd de bezuinigingen te realiseren.
Een regisseur uit een maatschappelijke organisatie heeft het argument tegen dat hij of zij juist moet zorgen voor meer inkomsten, dus de angst voor onnodige klantenbinding.
Dergelijke argumentatie heeft echter (gezond?) wantrouwen als basis en het is dan lastig om de zorg goed in te richten.
Het heeft er namelijk toe geleid dat we in NL vraag en aanbod uit elkaar hebben gehaald, een zorgaanbieder mocht niet naar zichzelf verwijzen. Daarmee hebben we echter van de hulp allerlei deelproducten gemaakt: aanmelding, intake, diagnostiek, zorgtoewijzing, behandeling, enz. En bij ieder deelproces hoorde een aparte professional. Het ironische is dat er tegelijkertijd wordt gesproken over ??de client centraal?? en ??vraagsturing??. Terwijl de client daar niet om vraagt, die vraagt ??gewoon?? om een oplossing.
In die zin zou die regisseur misschien helemaal niet onafhankelijk en objectief moeten zijn, maar juist heel erg partijdig en subjectief. Partijdig en subjectief ten gunste van de cliënt. Als de zorg uitgedrukt wordt in produkten, laat de client dan ook de producent zijn. Maar hoe je dat inricht, dat is wel een goeie vraag, dank daarvoor!