Zwolle – Brandweer IJsselland had in 2013 te maken met ruim 1900 brandmeldingen van automatische brandmeldinstallaties. In 95% van de gevallen bleken dit geen daadwerkelijke branden te zijn. De brandweer rukte in die gevallen voor niets uit. Nodeloze meldingen kosten veel geld, want er worden onnodig mensen en middelen ingezet. Om de kosten voor de brandweer én de bedrijven terug te dringen start Brandweer IJsselland met het project STOOM dat zich richt op het structureel terugdringen van ongewenste en onechte meldingen.
Vanaf 1 november wordt bij bedrijven in Deventer het contrabellen toegepast, een controle of er daadwerkelijk brand is of een loos alarm. Deventer is de eerste gemeente binnen veiligheidsregio IJsselland waar deze werkwijze wordt toegepast, de andere gemeenten volgen in de loop van 2015.
STOOM is een landelijk project op initiatief van Brandweer Nederland. In dit project zijn veiligheidsregio’s vertegenwoordigd in een kennisplatform. Brandweer IJsselland heeft het terugdringen van nodeloze meldingen de komende jaren als één van haar speerpunten benoemd. De uitkomsten van het landelijke project worden als basis gebruikt voor het terugdringen van het aantal nodeloze meldingen binnen onze regio. Doel van het landelijke project is om in 2016 het aantal ongewenste en onechte meldingen met de helft te hebben verminderd ten opzichte van 2011, toen er in veiligheidsregio IJsselland nog 2600 loze brandmeldingen van automatische brandmeldinstallaties waren. Een belangrijk uitgangspunt van het project is dat er, in de manier waarop de meldkamer meldingen afhandelt, geen onderscheid is tussen Veiligheidsregio Noord- en Oost- Gelderland (VNOG) en Veiligheidsregio IJsselland. Dit omdat beide veiligheidsregio’s van dezelfde meldkamer gebruik maken.
Op dit moment komt, in geval van een brandmelding door een brandmeldinstallatie, direct de brandweer naar het pand, ook als er niets aan de hand is. Per 1 november 2014 belt de brandweercentralist bij een brandmelding volgens de ‘procedure contrabellen’ eerst naar de contactpersoon om te vragen of er daadwerkelijk brand is. De contactpersoon doet vervolgens een controle van de melding en koppelt dit terug aan de centralist. Op basis hiervan besluit de centralist om wel of niet de brandweer te alarmeren. Er kan bijvoorbeeld een storing zijn in de rookmelder, er is flinke rookontwikkeling zonder vuur of er staat echt iets in brand. Bij een daadwerkelijke brand, of bij onduidelijkheden, wordt de brandweer direct gealarmeerd. Alle 95 abonnees (panden met een automatische brandmeldinstallatie) in Deventer krijgen in oktober/november een brief om het project verder toe te lichten. Het streven is om uiteindelijk geen of zo weinig mogelijk loze meldingen meer te krijgen, omdat er dan duidelijke afspraken en/of maatwerkoplossingen zijn met de abonnees in de regio. Zodoende kan de procedure contrabellen stoppen.