Column Rakker
‘Het is zomer. Op klompschoenen klepper ik naar school. De meeste meisjes in mijn klas lopen erop. Schoenen zijn bijna niet meer te koop. Moeder vindt die klompschoenbandjes niet mooi en borduurt op kookstellenkatoen mooie figuurtjes. Mijn vier zussen en ik dragen verschillende banden op onze klompschoenen: smalle of brede, grotere of kleinere geborduurde figuurtjes en voor ieder andere kleuren. De mijne zijn roze en blauw geborduurd. Ik vind ze mooi. Bijna niemand heeft geborduurde klompschoenbandjes.’
Zo begint een van de verhalen uit de bundel van de Zwolse schrijfster Truke Korpershoek. Ik had het genoegen haar verhalen – volgens de ondertitel ‘herinneringen van een gewoon oorlogskind’ – al voor de verschijningsdatum van 18 april a.s. te mogen lezen. ‘Van voetenverdriet tot Pietiebroertje’ geeft in een veertigtal verhalen het leven van een groot gezin in Maasland (ZH) weer tijdens de oorlogsjaren. Een tijd van schaarste en gebrek, gezien door de ogen van een kind.
Gelukkig ligt die tijd een eind achter je, denk je. Maar dan verschijnt er een jongen op het beeldscherm. Van een jaar of dertien. In verband met het uitkomen van een ander boek: ‘Erwtensoep in augustus’. Het verscheen op woensdag 9 april in het Abe Lenstra Stadion in Heerenveen, waar het is aangeboden aan Foppe de Haan en de vijftien – in het boek – geïnterviewde kinderen. Het gaat ook over schaarste en gebrek; over armoede. Geen armoede gedurende de tweede wereldoorlog, maar over armoede van nu, in Nederland.
Kinderboekenschrijver Kees Opmeer schetst vijftien levensportretten van kinderen en jongeren die opgroeien in relatief arme gezinnen. Acht van de geïnterviewde kinderen komen uit Drenthe, de andere zeven uit de rest van Nederland.
Arme gezinnen vormen een groeiende problematiek. De meer dan 80 voedselbanken, waaronder die in Zwolle, onderstrepen die problematiek. Een op de zeven kinderen leeft momenteel onder de armoedegrens!
Hoe zit dat dan in Zwolle? Zo ogenschijnlijk niets aan de hand. Maar de aanwezigheid van een voedselbank, de inspanningen van mensen als Jopie van Ommen, een Kringloopwinkel en andere initiatieven logenstraffen deze opvatting. Op armoede rust een taboe, dus armoede voltrekt zich in verborgenheid. En zo af en toe komt zij schrijnend aan de oppervlakte. In een tv-uitzending. Op een indringende wijze. Via een goedlachse dertienjarige jongen waarmee niets aan de hand lijkt. Via een dito meisje dat ‘zomaar’ een groot cadeau van een schoolvriendinnetje krijgt: een Nintendo Playstation. Goed, een kapot afdankertje, maar je kon er nog op spelen! Maar dat ze zo’n groot cadeau van een meisje van school kreeg! Ze uitte het met verbazing. Dat er iemand om haar gaf! Dat ze weer meetelde!
OK, de huidige armoede is niet te vergelijken met die in de jaren ’40 – ’45 maar desalniettemin, in de context van de huidige tijd, net zo ingrijpend. En des te ingrijpender voor een kind.
Onder meer Foppe de Haan heeft dat begrepen. Hij nam jaren geleden het initiatief om via het Foppefonds financiële middelen te verzamelen voor activiteiten voor hulpbehoevende kinderen. Niet voor die in het arme buitenland, nee nu voor die in ons eigen ‘rijke’ landje. De activiteiten zijn met name gericht op het stimuleren van de ontwikkeling van kinderen. Want wat je nu zaait, zul je later oogsten. Dat hierbij sportactiviteiten een grote rol spelen, is niet verwonderlijk. Het gaat er in ieder geval om een kind een menswaardig bestaan te geven. Want helaas worden sommige kinderen door hun omstandigheden in hun ontwikkeling belemmerd.
Initiatieven om het leed van mensen te verzachten – en in het bijzonder die van kinderen – verdienen alle steun en aandacht. Het is dan ook goed dat de media hieraan zendtijd en ruimte besteden. En dat sport en trainers, en in dit geval een voor Nederland beroemde voetbaltrainer, er zo’n grote rol in spelen, maakt dat het vroegere voetenverdriet misschien verandert in voetenvreugde.
Rakker
Armoede in Nederland BESTAAT da’s pas skandalig!
Prima conclusie:
Sport, trainers en in dit geval een voor Nederland beroemde voetbaltrainer zijn belangrijk. Gelijke kansen voor iedereen! 😉