Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDODelta) is deze maand begonnen met het maaien van oevers en waterbodems. Het maaien duurt tot half november en is nodig om voldoende water door kanalen en sloten te laten stromen. Dit helpt om wateroverlast of juist verdroging tegen te gaan.
Het draait bij het waterschap allemaal om een goede aan- en afvoer van water. Hiermee wordt wateroverlast of watertekort zo veel mogelijk voorkomen. Maaionderhoud is kostbaar, aldus WDODelta. Daarom is het uitgangspunt ‘niet te veel, maar ook niet te weinig maaien’, om rekening te houden met de functies van de kanalen en sloten.
Het waterschap maait met de nodige voorzorg en volgens de Wet Natuurbescherming. Er wordt rekening gehouden met beschermde plant- en diersoorten. Medewerkers hebben een overzicht van de beschermde soorten en ze maaien om nesten van vogels heen.
Begroeiing laten staan
Daarnaast worden maatregelen genomen in de voortplantingsperiode en blijft begroeiing staan op plaatsen waar het mogelijk is. Hiermee verbetert de biodiversiteit en wordt het water vastgehouden. Inmiddels wordt bij ongeveer 70 procent van de kanalen en sloten in de zomerperiode één oever ongemoeid gelaten.
Het maaisel dat vrijkomt bij het maaien van de kanalen en sloten is meestal geschikt om te gebruiken als bodemverbeteraar op landbouwpercelen, zo meldt het waterschap. Indien ze dat willen, zijn agrariërs van harte uitgenodigd om mee te rijden met een kipper.
WDODelta biedt jaarlijks maaisel van natuurvriendelijke oevers en sloten aan de lokale agrariërs aan, die het vervolgens gebruiken als bodemverbeteraar. De kringloop van het maaisel is hierdoor klein. Daarmee bespaart het waterschap op vervoer, onnodige kosten en CO2-uitstoot.