Zwolle – de fractie van de SP in de Zwolse gemeenteraad wil van het stadsbestuur meer informatie over het rolstoeltoegankelijk maken van reguliere bushaltes. In 2008 is daartoe al door de gemeenteraad besloten.
De SP vindt dit een goed streven, omdat hierdoor ook mensen met een handicap zo gewoon mogelijk kunnen deelnemen aan onze samenleving. Er zijn echter nog wel een aantal praktische aandachtspunten. Ook vraagt de partij zich af of een bezuiniging op het WMO-vervoer als achterliggende gedachte wel een juiste is.
SP-fractievoorzitter Tjitske Siderius: “Niemand is er tegen dat mensen met een handicap zo normaal mogelijk mee kunnen doen in Zwolle. De SP maakt zich echter wel zorgen, omdat het rolstoeltoegankelijk maken van de bushaltes meer een bezuinigingsslag op het WMO-vervoer lijkt. Ik wil daarom van de wethouder weten hoe het daarmee staat. Bovendien zijn er door diverse gebruikers al allerlei praktische bezwaren gemeld. Wat gebeurd er als er al iemand met een rolstoel in de bus zit en er staat nog iemand met een rolstoel te wachten? Er is immers maar één plek voor een rolstoel in de bus.”
Verder geven de gebruikers aan of er wel aan de veiligheidsnormen wordt voldaan als zij met een rolstoel in de reguliere bus moeten stappen, zoals het vastzetten van de rolstoel aan de vloer. Ook is er onduidelijkheid hoeveel een begeleider moet betalen om mee te reizen met een gebruiker. De SP wil ook weten op welke wijze de gebruikers van het WMO-vervoer gekeurd worden om te bezien of iemand gebruik kan maken van de stadsbus. De laatste vraag is of deze mensen hierover al zijn geïnformeerd.
Goede vragen van de SP!
Ik denk dat het woord ‘bezuinigingen’ op het Wmo-vervoer hier minder de plaats is. De stadsbus rijdt elke 15 minuten vrijwel stipt op tijd. Bij het Wmo-vervoer moeten mensen toch vaak lang wachten wat voor korte ritten minder aantrekkelijk is. De stadsbus betekent voor mensen vaak meer vrijheid: gaan en staan/rollen waar je wilt zonder rekening te hoeven houden met de besteltijden van de taxi.
Het Wmo-vervoer en het toegankelijke OV kunnen prima naast elkaar bestaan. De bus voor iedereen die min-of-meer zelfredzaam is, de Wmo-taxi voor mensen die wat extra aandacht nodig hebben of wanneer de bus niet rijd (of als je vaak over moet stappen).
Er zitten nog veel mensen in de Wmo-taxi die best met de stadsbus zouden kunnen reizen als ze zouden weten hoe de bus werkt en hoe die chipkaart in elkaar steekt. Niet iedereen kan met de stadsbus. Het toegankelijk maken zorgt ervoor dat de potentiele groter wordt, maar het is geen ‘veredeld’ doelgroepenvervoer en zeker niet 1:1 uitwiselbaar met de stadsbussen. Voor scootmobielen, zware electrische rolstoelen, mensen met ernstige psychische beperkingen is de Wmo-taxi een prima vervoersmogelijkheid en je moet die mensen niet dwingen om met de stadsbus te reizen. Niemand die dat ook doet trouwens…
Maar er is zeker een groep die nu van de taxi gebruikt maakt en goed met de bus zou kunnen. Die mensen moeten we helpen. Niet om in eerste instantie te kunnen bezuinigen op de Wmo-taxi, maar vooral om mensen meer vrijheid te bieden: zelfredzaamheid. Daar is waar de Wmo toch ook naar streeft?
De provincie heeft sinds kort 2 OV-ambassadeurs in dienst. Zij helpen ouderen (toch een grote gebruikersgroep van de Wmo-taxi) het Ov te herontdekken. Google maar eens!
Wat betreft die Rolstoelen: dat is veilig. In een stadsbus hoeft de rosltoel niet met 4 punten aan de vloer vastgemaakt worden. Wel moet de rolstoeler áchteruit tegen de strijkplank’ met een veiligheidsgordel worden vastgezet. Omdat een taxibus een kleinere massa heeft moet de stoel hier wel vastgezet worden. Een bus is groter en daarom hoeft niet niet (kort door de bocht gezegd)
Aj, ouderen gratis met openbaar vervoer, dan ben je voor een deel van veel gelazer af.
Haha, wat betreft de chipkaart aanvragen wel. Verder is dat op langere termijn niet bijzonder doelmatig. We’ll c. Eerst die wereldcup maar eens binnenkoppen;)