Zwolle – Hogeschool Windesheim presenteert zich woensdagmiddag 1 september als kennisinstelling die in samenwerking met bedrijven, instellingen en organisaties gericht wetenschappelijk praktijkonderzoek doet. Windesheim ontwikkelt daartoe zelf projecten, maar staat ook open voor initiatieven uit de samenleving.
Onderwijs wordt in de nieuwe aanpak verbonden aan onderzoek en beroepspraktijk. Het onderzoek dat de achttien lectoraten van Windesheim opzetten en uitvoeren, draagt op tal van maatschappelijke terreinen bij tot de verbetering en innovatie van producten, bedrijfsvoering, beleidsontwikkeling en infrastructuur. Ook helpen ze bij de aanpak van sociale problematiek, zoals bij overgewicht, dementie, verslaving, onderwijsuitval en veiligheid. Tijdens de opening van het hogeschooljaar 2010-2011 toont Windesheim aan alle belangstellenden wat het concreet inhoudt een brede dienstverlenende kennisinstelling te zijn. Iedereen is van harte welkom en kan zich nog aanmelden via de website www.windesheim.nl/agenda.
De tijden zijn voorbij dat de hogeschool een puur onderwijsinstituut was dat jonge beroepskrachten ‘afleverde’. Onze technologisch hoogwaardige kenniseconomie vraagt om een integrale aanpak, waarin onderwijs, praktijkgericht onderzoek en beroepspraxis nauw met elkaar zijn verweven. Natuurlijk blijft onderwijs een belangrijke pijler, daar verandert niets aan. Maar onderzoek komt nu veel centraler te staan, waardoor beter gekwalificeerde beroepskrachten worden gevormd en Windesheim een actieve rol kan spelen in direct toepasbare kennis- en productontwikkeling, zowel regionaal als landelijk.
Op 1 september legt oud-politicus en hoogleraar Onderwijs en Arbeidsmarkt prof. dr. Frans Leijnse uit hoe Windesheim als moderne kennisinstelling te werk gaat en hoe belangrijk toegepast onderzoek voor de beroepspraktijk is.
Mooi initiatief, maar in de praktijk komt er weinig van terecht. Een echt bureau-idee.