De railterminal die Zwolle al jaren wil, blijft volgens nieuwe onderzoeken het best te realiseren bij Hessenpoort. Toch is ook ’t Harde nadrukkelijk in beeld gekomen als mogelijk alternatief. Daar onderzoekt Defensie een uitbreiding van het spoor, wat kansen biedt voor gecombineerd gebruik.
De gemeente Zwolle en de provincie Overijssel zien na jaren van studies nog steeds toekomst voor een terminal in de regio. Uit de nieuwste rapporten van onderzoeksbureau Movares blijkt dat Hessenpoort technisch en financieel haalbaar blijft. Ook milieuaspecten of de drukke spoorlijn Zwolle – Meppel staan een ontwikkeling daar niet per definitie in de weg.
Wethouder Paul Guldemond noemt Hessenpoort “nog steeds de kansrijkste locatie” en zegt dat volgens het onderzoek “de ontwikkeling daar op voorhand niet onmogelijk is”. Tegelijk ziet hij ook kansen bij ’t Harde, “waar investeringen van Defensie mogelijk ruimte bieden om op kortere termijn een railterminal te realiseren.”
De logistieke sector dringt aan op tempo. Vorig jaar april stuurden vijf grote bedrijven – Samskip, Scania, TGN Fritom, MCS en Westerman Multimodal Logistics – een gezamenlijke brief naar provincie en gemeente. Daarin benadrukten ze opnieuw de noodzaak van een railterminal, bij voorkeur op Hessenpoort.
De ondernemers willen meedoen in de ontwikkeling en investeren in de exploitatie. In het najaar van 2024 brachten vertegenwoordigers van de bedrijven, de provincie en de gemeente gezamenlijk een werkbezoek aan de railterminal van Samskip in Duisburg, om te leren van de opzet daar.
Toch ligt de opgave in Zwolle complexer dan in 2016, toen Hessenpoort voor het eerst als voorkeurslocatie werd aangewezen. Het gebied ten noorden van de Vecht is inmiddels overvol met plannen: uitbreiding van bedrijventerrein, duurzame energie, natuurontwikkeling en woningbouw. In de gebiedsvisie die onlangs is opgesteld, gaven bewoners aan dat een railterminal moeilijk inpasbaar is.
Omdat de ruimte rond Zwolle schaars is, kijken de overheden ook over de gemeentegrens heen. In ’t Harde onderzoekt Defensie de uitbreiding van het militaire spooremplacement. Dat biedt mogelijk kansen voor gedeeld gebruik en zou de aanleg van een terminal kunnen versnellen. Tegelijk is het gebied gevoelig: de nabijheid van Natura 2000-gebieden en beschikbare stikstofruimte blijven belangrijke randvoorwaarden.
Een definitieve keuze over de railterminal is er nog niet. Pas na nieuwe onderzoeken en een maatschappelijke kosten-batenanalyse volgt een besluit over de voorkeurslocatie.





