Zwolle – ‘De Zwolse Lente’ is de titel van een expositie en van een onlangs verschenen boek. Deze konden tot stand komen, omdat de familie van Dolf Henneke zijn nalatenschap van misschien wel 100.000 negatieven aan het Zwols Historisch Centrum geschonken heeft. De negatieven zijn opgeborgen in kartonnen dozen en zijn chronologisch gerangschikt op maand en jaar. Van al deze negatieven zijn er inmiddels een paar duizend gedigitaliseerd. Een hele klus, omdat ‘het verhaal achter de foto’ opgediept moet worden uit krantenarchieven.
Dolf Henneke was de eerste freelance persfotograaf van Zwolle. Hij kwam vanuit Amsterdam in Zwolle terecht, nadat hij om aan een razzia te ontkomen, op de eerste de beste trein stapte. In de ‘Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant’ hebben veel foto’s van hem gestaan. Zijn mooie foto’s geven een gedetailleerd beeld van de wederopbouw in Zwolle.
In de naoorlogse periode is er veel veranderd in Zwolle. Zo waren er veel woningen nodig. Dit kwam onder meer door de zogenaamde babyboom. In recordtempo werden er huizen uit de grond gestampt. Onder meer de wijk Holtenbroek, waarvan de bouw startte in 1958. De miljoenste na- oorlogse woning staat aan de Hogenkampsweg. Koningin Juliana heeft in 1962 een bezoek gebracht aan de woning van de familie Hendriks die er destijds woonde. Samen hebben ze vanaf het balkon van de woning de festiviteiten bekeken.
De welvaart steeg. Meer mensen konden een auto kopen. Men wilde wel graag met deze auto de binnenstad in kunnen. Straten werden hiervoor verbreed, krotten werden afgebroken. Zo moest de Michaëlskerk aan de Roggenstraat wijken voor de bouw van een modern winkelcentrum dat met de auto bereikbaar zou zijn. Een gedeelte van de Willemsvaart bij de Emmawijk is gedempt om ruimte te maken voor de auto’s. Plannen om een snelweg door het centrum aan te leggen zijn gelukkig nooit gerealiseerd.
Zwolle werd na de oorlog aangewezen als primaire ontwikkelingskern. Bedrijven konden zich met financiële steun van de overheid vestigen in Zwolle. Scania, Wehkamp en Philips kwamen naar de stad. Andere bedrijven zoals de Voca, de Gasfabriek, ijzergieterij Wispelwey en Helders koekjesfabriek, waar onder andere Deventer Koek gemaakt werd, verdwenen uit het stadsbeeld.
Dolf Henneke was autodidact. Naast zijn persagentschap maakte hij foto’s voor het Polygoonjournaal, ook fotografeerde hij voor de de IJsselmij. Hij ontwikkelde zijn foto’s zelf.
Op zijn facturen stond een aparte post voor flitslampen. Een bijzondere foto van een winters Zwolle, waarop zowel de Peperbus als de Sassenpoort staan, heeft hij kunnen maken met een zelf geslepen lens.
Na de expositie worden de tentoongestelde foto’s geveild. De opbrengst van de op een later tijdstip te houden veiling komt ten goede aan de stichting ‘Kind in Beeld’.
De expositie ‘De Zwolse Lente’ is nog te bezoeken tot en met 3 juni in de Grote Kerk in Zwolle. Het boek De Zwolse lente | Dolf Henneke fotografeert de stad samengesteld door Adri van Drielen, Herman Aarts is te koop.