Zwolle – “Anders dan verwacht gaat het relatief goed met een groot deel van de kwetsbare ouderen die met corona op de IC hebben gelegen”, zegt revalidatiearts Ard ten Hoff.
Op de Nazorgpoli IC van het Isala ziekenhuis zien revalidatieartsen en IC-verpleegkundigen veel ex-coronapatiënten die op de IC hebben gelegen. Ook ouderen die voor de infectie al gezondheidsproblemen hadden. Anders dan verwacht gaat het relatief goed met een groot deel van deze groep. “Vaak beter dan met de jongere, voorheen gezonde mensen, die met coronasymptomen in thuisquarantaine zijn gegaan”, aldus revalidatiearts Ard ten Hoff.
De Nazorgpoli IC is niet nieuw maar werd tijdens de eerste coronapiek tijdelijk stilgezet vanwege de druk op de IC. Ard: “Het is een goede samenwerking tussen de IC-verpleegkundigen en revalidatieartsen, waarbij we aanhoudende klachten van mensen in kaart brengen en proberen te helpen bij de verwerking van een opname.”
Andersom dan bij de reguliere IC-patiënten, komen Covid-19-patiënten eerst op consult bij de revalidatiearts. Daarna neemt de IC-verpleegkundige hen mee voor een bezoek aan de IC-afdeling. Die verwerking gaat bij ex-coronapatiënten en hun familie net wat anders, merkt IC-verpleegkundige Jolente Sijtsema. “We mochten een tijdlang natuurlijk geen bezoek ontvangen op de afdeling, waardoor partners en kinderen geen idee hadden hoe het er bij ons aan toe ging.”
“Veel mensen hadden de beelden van hectische Italiaanse IC’s voor ogen, waar mensen over de afdeling renden. Dat was bij ons helemaal niet aan de orde, het is bij ons altijd ‘in control’ geweest. Als mensen nu op de afdeling komen kijken en bijvoorbeeld zien hoe een patiënt wordt binnengebracht, is er beter een beeld bij te vormen. Ook hebben we foto’s van die periode die we laten zien voor het complete plaatje.”
Opvallend is hoeveel ex-Covid-19-patiënten eigenlijk vergeten zijn van hun IC-opname. “Patiënten waar vaak heel bang om dood te gaan. Ook dat had te maken met de beelden die men kende uit de media. Natuurlijk zijn er bij ons ook patiënten geweest die langer aan de beademing hebben gelegen en het uiteindelijk niet overleefden, maar dit zijn wel uitzonderingen. Gelukkig herinneren de meeste mensen later niet meer hoe bang ze waren. Veel coronapatiënten waren tijdens hun opname verward of beleefden het in een roes.”
Afgelopen mei werd revalidatiearts Ard ten Hoff nog geïnterviewd over het revalidatietraject waar de eerste coronapatiënten toen aan begonnen. Hij en zijn collega Maurits Hoonhorst konden op dat moment niet voorspellen hoe snel en op welke manier deze mensen zouden herstellen. Wel hadden ze de verwachting dat vooral de oudere en kwetsbare groep patiënten die op de IC had gelegen, een lang revalidatietraject voor de boeg zou hebben.
Het tegendeel blijkt waar. “Er is een duidelijke tweedeling te zien”, vertelt Ard. “Enerzijds de groep oudere patiënten, die soms bovenop andere gezondheidsproblemen een corona-infectie kreeg en uiteindelijk op de IC aan de beademing belandde. Met veel van hen gaat het nu weer verrassend goed. Juist die groep jongeren die met corona-symptomen in thuisquarantaine is gegaan, kampt maanden later nog met allerlei klachten. Mensen die voor de infectie vitaal waren, voor wie een blokje om nog steeds te veel is. Voor die groep is inmiddels ook een aparte polikliniek ingericht.”
“De IC-patiënten hebben bijna allemaal een traject achter de rug, bestaande uit een ziekenhuisopname, een IC-opname met een tot vier weken beademing en medicatie. Velen hebben daarna een relatief kort revalidatietraject gevolgd in deze regio bijvoorbeeld bij Zonnehuis, IJsselheem of Vogellanden. Ook vanuit daar hoorden we dat mensen relatief snel herstelden na overname. De eerste dagen waren patiënten nog te slap om zelf te eten en binnen anderhalve week konden ze al zelfstandig over de gang lopen.”
Ligt het aan de behandeling? Heeft de medicatie die IC-patiënten hebben gehad een bepaald effect op sneller herstel gehad? “We weten het op dit moment gewoonweg nog niet”, zegt Ard. “Wel zijn we nu aan het bijhouden welke patiënten we zien en wat er met hen gebeurt. Uiteindelijk moet er een database ontstaan dat ons meer inzicht gaat geven.”
“De verwachting was dat onze aandacht voor een groot deel naar een groep kwetsbare ouderen zou gaan, de realiteit is dat het vooral mensen zijn die thuis zijn gebleven en nu tegen problemen lopen. Ze lopen vast in participatie door bijvoorbeeld vermoeidheid, verminderde inspanningstolerantie en/of cognitieve klachten.”
“Om juist deze groep voldoende handvatten te bieden, is er in korte tijd een samenwerking ontstaan met de afdeling sportgeneeskunde, psychologie, logopedie, fysiotherapie, ergotherapie en diëtetiek. Binnen dit multidisciplinaire team beoordelen we op indicatie waar problemen en hulpvragen liggen, zodat we de patiënt gericht(er) kunnen helpen en adviseren in een zo optimaal mogelijk herstel.”
Bron: Isala