Als je opgroeit met vijf zussen en de enige zoon des huizes bent, zoals ik dat meemaakte, houd je je soms afzijdig van dingen die die zussen samen hebben.
Zo kenden mijn zussen samen een soort van geheimtaal. Na verloop van tijd wist ik wel hoe het in elkaar stak, maar ik heb er nooit aan meegedaan. Ze noemden het de ‘P-taal’ wat inhield dat ze voor heel veel lettergrepen in de gewone taal de letter P of p-klank inlasten. Naar ze zeiden konden ze elkaar heel goed verstaan.
‘k Geloof nog steeds dat dat met een korreltje zout genomen moet worden, of dat bij hen de wens de vader van de gedachte was.
Nu kwam geheimtaal vroeger vaker voor. In de boekjes van Pietje Bell en in het boek Kruimeltje kwam het al voor. Niet geheel verwonderlijk, want beide personages waren van de hand van de schrijver Chris van Abkoude. Van de beide karakters Kruimeltje en Pietje Bell, tenminste het verhaal daarover, zijn veel later films gemaakt. Het eerste boek van Pietje Bell kwam in 1914 uit om maar eens wat te noemen. In 1964 kwam, bij mijn weten, de eerste film over Pietje uit.
Begin jaren zestig leerde ik meneer Snijder kennen. Dat was een gepensioneerd boekhouder van het kantoor van Van Gend & Loos in de Luttekestraat. Hij hielp mijn opa een paar uur per dag met de administratie. Een bijzondere man, vond ik. Want hij vertelde me ooit dat hij eigenlijk politieagent had willen worden. Hij was er, naar zijn zeggen, voor afgekeurd omdat hij niet langzaam genoeg kon fietsen.
Hij had met zijn broer of broers ook een geheimtaal ontwikkeld, die zij als dat zo uitkwam gebruikten en, zo liet hij horen, ze spraken het vloeiend. Zo goed dat Pietje Bell er, voor mij en mijn straatvriendje Hans, niet meer aan kon tippen.
Gelukkig kwamen wij, Hans en ik, toen het boek ‘Pim Pandoer, de schrik van de Imbosch’ tegen. Al in 1953 geschreven door ene Carel Beke. Om ons daarmee te vereenzelvigen hoefden we alleen maar een zwarte broek en een donkere trui aan te trekken, en wachten tot het donker was om Pim Pandoertje te kunnen spelen.
We hadden ook een geheim wachtwoord. Een zinnetje dat ik van meneer Snijder had gehoord en uit het hoofd geleerd. Ik ken het nog steeds: “Ed topretob si geel.”.