Abdirahman D. (30) maakte het op koopavond erg bont in de Zwolse binnenstad. Hij sloeg met zijn auto op de vlucht voor de politie en reed op hoge snelheid het voetgangersgebied van het winkelcentrum in. Vrijdag stond hij terecht voor zijn levensgevaarlijke rijgedrag. Abdirahman hoefde niet zelf naar de rechtbank te komen. Een arrestantenbusje bracht hem vanuit de gevangenis in Lelystad over naar de politierechter in Zwolle.
In de vroege avond van donderdag 13 april bellen twee mensen kort na elkaar de politie. Ze zien een wit autootje slingerend rijden en de bestuurder heeft een zwarte ballon op zijn lippen. Beide melders vermoeden dat de man lachgas gebruikt.
Over Vispoortbrug scheuren
Agenten gaan op zoek en zien de auto rijden op de Dijkstraat. Ze blokkeren zijn weg en geven een stopteken. Achter het stuur zit Abdirahman, hij ontwijkt de politiewagen door over de stoep te rijden en geeft gas. Agenten schatten dat hij met ongeveer 80 kilometer per uur over de Vispoortbrug rijdt en zien dat de auto met de wielen loskomt als hij over een verkeersdrempel scheurt op de Vispoortenplas.
Abdirahman rijdt daarna, tussen de fietsers door, het voetgangersgebied in waar op dat moment veel mensen lopen. Ver komt hij niet, hij strandt voor de paaltjes nabij de Roggenstraat. De politieagenten rekenen hem in. Op de bijrijdersstoel vinden ze een lachgascilinder en een zak met zwarte ballonnen. Op het politiebureau beroept hij zich op zijn zwijgrecht.
Lachgas in de auto
Bij de politierechter heeft hij meer te zeggen. “Ik had een geschiedenis met die agent en wilde hem niet aanrijden,” is zijn verklaring voor het negeren van het stopteken. “Ik reed in een geleende auto en toevallig lag daar lachgas in,” zegt D., die ontkent lachgas te hebben gebruikt. Dat hij met zijn auto in het drukke winkelgebied belandde, noemt hij een inschattingsfout.
De officier van justitie legt uit dat lachgasgebruik niet is aan te tonen door een bloedproef. Ze probeert toch de politierechter te bewegen om D. ook te veroordelen voor het rijden onder invloed. De twee melders die hem onafhankelijk van elkaar zagen rijden met een gevulde ballon op de lippen is volgens haar voldoende bewijs. Dit in combinatie met de gevonden fles lachgas op de bijrijdersstoel. Het ventiel van de cilinder was onder handbereik van de bestuurder.
Slechts een verdenking
Over het gevaarlijke rijgedrag zegt ze: “Hij is niet eigenhandig gestopt voor de politie. Er kwam een einde aan zijn vlucht omdat er paaltjes in de weg stonden.” De officier gaat ook niet mee in het verweer van D. “Een inschattingsfoutje geloof ik wel, maar het gaat nu om vijf handelingen.” Ze eist een rijontzegging van 11 maanden, waarvan een half jaar voorwaardelijk. Voor het rijden onder invloed eist ze een taakstraf van 30 uur, daarbij nog eens 30 uur voor het gevaarlijke gedrag op de weg.
De advocaat van D. vraagt om vrijspraak voor het rijden onder invloed. Ze bepleit dat justitie niet verder komt dan een verdenking. Er is die avond niet aangetoond dat er verboden middelen in het bloed van D. zaten. Zelfs als de melders zagen dat hij reed met een gevulde ballon in zijn mond zegt het, volgens haar, niet dat er dan lachgas in zit. “In de getuigenverklaring staat dat de getuige dit denkt, niet dat hij het zeker weet.” De raadsvrouw vindt de aanklacht voor het gevaarlijke rijgedrag overdreven. Ook meent zij dat het gaat om een simpele verkeersfout. Ze vraagt de rechter om D. ook hiervan vrij te spreken.
Voetgangersgebied inrijden kwalijk
De politierechter is het deels met de advocaat eens en spreekt Abdirahman vrij van het rijden onder invloed. “Het moet vastgesteld worden dat u inderdaad onder invloed heeft gereden,” zegt hij tegen D. De rechter voegt er meteen aan toe: “Ik ben er wel stellig van overtuigd dat u gebruikt heeft.”
De magistraat is niet zo mild over het rijgedrag van D. Het excuus dat Abdirahman niet tegen de politiewagen wilde botsen gaat er bij hem niet in. De rechter vindt dat D. in dat geval ook na 10 meter had kunnen stoppen. “U rijdt een voetgangersgebied in en dat vind ik zeer kwalijk.” Abdirahman D. wordt veroordeeld tot een werkstraf van 30 uur en een rijontzegging van 11 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk zijn.
