De Stichting Thorbecke Zwolle organiseert elk jaar een lezing over een actueel onderwerp rond openbaar bestuur. Op dinsdagavond 14 november 2006 staat de vraag centraal: ‘Bedreigt de verstrengeling van pers en politiek de kwaliteit van het openbaar bestuur?’. Twee sprekers geven een inleiding voor een debat, waaraan iedereen een bijdrage kan leveren.
Vanaf 19.30 uur is iedereen welkom in de raadzaal van het stadhuis voor een kopje koffie. Om 20.00 begint de avond. Na een woord van welkom van burgemeester drs. Henk Jan Meijer (bestuurslid van de stichting) en een toelichting van stichtingsvoorzitter mr. L.D.B. van den Steenhoven van de stichting, volgen de inleidingen van de sprekers.
Mr. R.J. Hoekstra is lid van de Raad van State en voormalig Secretaris-Generaal Ministerie van Algemene Zaken. Ook was hij voorzitter van de door de Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties ingestelde Nationale Conventie, die begin oktober de werkzaamheden heeft afgerond met een lijvig rapport. Na Hoekstra’s bijdrage zal mr. M.E. Chavannes reageren. Hij is hoogleraar journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen en redacteur NRC Handelsblad, o.a. als correspondent in Londen, Parijs en Washington.
Na de twee lezingen volgt het debat in de zaal, waarvoor onder meer bestuurders uit het Zwolse ‘netwerk’ van politiek, bedrijf en bestuur zijn uitgenodigd. Dr. J.H. Drentje (docent geschiedenis en filosofie aan het Deltion College in Zwolle) leidt het debat. Tegen tien uur wordt de avond afgesloten met een informeel hapje en drankje.
Hypes en populisme
De politiek lijkt steeds gevoeliger te worden voor hypes en populisme: terwijl vrijwel alle maatschappelijke vraagstukken vragen om een langetermijnvisie en duurzame investeringen. Is onze democratie niet vooral een zap- en mediaspektakel aan het worden? Kunnen de voorstellen voor politieke vernieuwing van de Nationale Conventie de democratische besluitvorming versterken? Of stevenen we af op een verdere veramerikanisering van onze politieke cultuur? Bevordert de pers de democratie door middel van openbaarheid en kritiek, of staat de pers de werking van de democratie in de weg door inhoud voor infotainment te verruilen?