Zwolle -Om in de Regio Zwolle economisch nog verder te kunnen groeien wordt er samen één ambitieuze agenda gemaakt en nog meer gebruik gemaakt van de bijzondere werkhouding van de mensen in de regio. Raden en staten worden meer betrokken en de financiën moeten steviger worden geregeld.
Dit zijn enkele opbrengsten van de Proeftuin Regio Zwolle waaraan de Regio Zwolle samen met vijf andere regio’s in Nederland heeft gewerkt.
De resultaten van het initiatief Proeftuin Regio Zwolle zijn op 27 maart tijdens de Conferentie ‘Beproefd, gedurfd, versneld’ in Den Haag gepresenteerd door gedeputeerde Eddy Van Hijum. Burgemeester Henk Jan Meijer, voorzitter van de Regio Zwolle, heeft namens de zes proeftuinregio’s een gezamenlijk statement aangeboden aan ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijksaangelegenheden [BZK], Vereniging Nederlandse Gemeenten [VNG] en InterProvinciaal Overleg [IPO] en om steun uit Den Haag gevraagd.
De proeftuin heeft een aantal ambitieuze acties opgeleverd voor de Regio Zwolle. De regio wil één verbindende en uitdagende gezamenlijke agenda. Dat wordt georganiseerd samen met de vier provincies waarin de Regio Zwolle is gelegen en ondernemers, onderzoek- en onderwijsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Samen vormen zij één lichte netwerksamenwerking. De menselijke factor is een succesfactor van de Regio Zwolle. Daar maakt de regio (ook landelijk) het verschil mee. Gunnen, groeien en gemeenschappelijk (de 3 G’s) zit in het DNA. Dit wordt nog verder ontwikkeld ondermeer door een regionaal opleidingsprogramma. Raden en staten worden meer betrokken en er wordt onderling meer uitgewisseld. Bijvoorbeeld door regio-informatie op te nemen in de begrotingen en jaarrekeningen van de betrokken gemeenten en provincies.
De financiering moet steviger geregeld worden. Denk aan een gezamenlijk investeringsprogramma waar partners financieel aan kunnen bijdragen. Daarmee kunnen maatschappelijke opgaven beter worden opgepakt. Met dit commitment kunnen concrete projecten snel in gang worden gezet en dat geeft zekerheid aan private partijen.
Om als lichte netwerksamenwerking goed te kunnen functioneren is steun vanuit Den Haag belangrijk. De proeftuindeelnemers vragen Den Haag daarom om: regionaal maatwerk in nationaal beleid, erkenning van de verschillen tussen de regio’s, hulp bij het maken van regiodeals, slimme bundeling van rijksgelden op maat gericht op de vraagstukken in de regio’s en één aanspreekpunt per regio. Wettelijke en financiële instrumenten moeten ten dienste staan van de regio’s en niet zorgen voor vertraging. Ook vragen de regio’s Den Haag om te investeren in kennis, competenties en vaardigheden om effectiever en flexibeler te kunnen samenwerken. Deze punten zijn door Henk Jan Meijer, ook namens de andere regio’s, gepresenteerd in Den Haag. De proeftuinen zijn een gezamenlijk initiatief van BZK, VNG en IPO. Aanleiding van de proeftuinen is het rapport ‘Maak verschil, Krachtig inspelen op regionaal economische opgaven’ van BZK. In dit rapport wordt de vraag gesteld of de huidige bestuursvormen nog voldoen om goed in te kunnen spelen op economische ontwikkelingen.