Zwolle – De ChristenUnie Overijssel wil weten wat de gevolgen zijn van de aanleg van zonneparken op agrarische grond. De statenleden Sybren Stelpstra en Arjan Hof hebben daarover vragen gesteld aan het College van GS. De ChristenUnie ziet graag dat Gedeputeerde Staten afspraken maakt met gemeenten over de uitrol van zonneparken. Zij bepleiten daarbij een ladder voor duurzame energie, zoals die er ook is voor duurzame verstedelijking. Bovendien moeten er maatregelen worden genomen om een onevenwichtige druk op het elektriciteitsnet te voorkomen. Stelpstra vraagt tenslotte om een schets, waarin de energievraag en de opwekkingscapaciteit beter zichtbaar wordt, zodat er gericht beleid kan worden gemaakt.
De bewustwording voor alternatieve vormen van energie neemt toe. Dat komt onder andere doordat in de nabije toekomst de “Groningse gaskraan” verder dicht wordt gedraaid. De energietransitie zal daardoor een grote impuls krijgen. De ChristenUnie vraagt zich af wat dit betekent voor de ruimtelijke inrichting en of er kaders moeten komen voor de ontwikkeling van zonneparken.
Landbouwgrond
Als gevolg van een groei van zonneparken stijgen de grondprijzen en neemt de beschikbaarheid van schaarse landbouwgrond af waardoor er een beperking van uitbreidingsmogelijkheden voor met name jonge boeren ontstaat. Maar er zijn ook gevolgen voor biodiversiteit en behoud van weidevogels en inpassing in het landschap Op dit moment is er al sprake van dit soort initiatieven waaronder o.a.in de gemeente Dalfsen.
Druk op elektriciteitsnet
Ook blijkt in de praktijk dat zonneparken een onevenwichtige druk kunnen leggen op het elektriciteitsnet, iets waar onder andere Enexis al op heeft gewezen. Sybren Stelpstra en Arjan Hof sluiten met hun vragen aan bij de Kamervragen die Carla Dik-Faber van de ChristenUnie onlangs ingediend heeft. In zijn beantwoording wijst de minister van Economische Zaken en Klimaat voor een overgroot deel naar de verantwoordelijkheid van provincies en gemeenten.
De ChristenUnie Overijssel staat achter de opgave tot energietransitie. Maar Stelpstra en Hof hebben ook vragen. De beide statenleden willen van Gedeputeerde Staten (GS) weten in welke mate het bij GS bekend is dat er een toenemende vraag van (buitenlandse) investeerders is op grond, met name gras- en akkerland, voor opwekking van zonne-energie, of welke verwachtingen zij hebben van de omvang daarvan die er gaat komen? Ook wil de ChristenUnie weten of GS van plan is om met gemeenten afspraken te maken over de exploitatie van zonneparken waarbij een evenwicht blijft bestaan in grondprijzen, beschikbaarheid voor (jonge en nieuwe) boeren, biodiversiteit en behoud van weidevolgels? “Bent u bereid daar nader onderzoek naar te doen en lopende dat traject met gemeenten af te spreken behoedzaam om te gaan met de ontwikkeling van zonneparken op landbouwgronden? Welke mogelijkheden hebt u daartoe zelf?” aldus Stelpstra en Hof.
Duurzame solar-ladder
De ChristenUnie wil verder weten of GS met gemeenten afspraken wil maken om een beleid te vormen waarin er een actief stimuleringsbeleid komt voor het opwekken van zonne-energie vooreerst op daken (met name ook van bedrijven en kantoren), onproductieve gronden (niet landbouwgronden) en meervoudig te gebruiken oppervlakten? Daarbij gebruik makend van de ladder voor duurzame verstedelijking, dan wel om een solar-ladder te ontwikkelen?
In welke mate stimuleert GS daarvoor het gebruik van vastgoed (gronden, wegen met taluds en bermen en gebouwen) van provincie en gemeenten als voorbeeldfunctie en wil GS daar in samenwerking een plan van aanpak voor opstellen, waarin concrete acties worden gesteld?
Blauwdrukschets
Tot slot van de schriftelijke vragen stellen de Statenleden de vraag of GS in de beleidsvorming de netwerkbeheerders mee nemen omdat, gezien de infrastructurele problemen en oplossingen, zij een belangrijk onderdeel vormen voor de ruimtelijke ordening van energieopwekking. De ChristenUnie vraagt zich daarbij af of het daarbij mogelijk is om op korte termijn een blauwdrukschets te ontwikkelen waarin de energievraag en opwekkingscapaciteit beter zichtbaar gaat worden? Met dit laatste wordt vooral beoogd dat er gericht beleid komt ten aanzien van de vraag- en opwekgebieden, hun nabijheid, de daarvoor geplande infrastructuur en mogelijkheden en nuttig gebruik van ruimtelijke ordening voor opwekking.
Bijlage Schriftelijke vragen over zonneparken in ruimtelijke ontwikkeling en infrastructuur
Ja, die zonneparken zullen inderdaad een onevenwichtige druk op het elektriciteitsnet geven. Dat geloof ik. Mede doordat ook de particuliere daken nu in hoog tempo volgelegd worden.
Tijd om nu vaart te zetten in het ontwikkelen van manieren om de stroom te bufferen.
Bernard, Over de onevenwichtige druk op het elektriciteitsnet maak ik mij het minste zorgen, dit kun je nog wel opvangen. En ja, het bufferen van energie is een hot topic voor de komende jaren. Niet alleen voor ons in Zwolle maar ook wereldwijd: https://www.volkskrant.nl/tech/hoe-kunnen-we-al-die-zonne-energie-opslaan-vijf-manieren-om-verspilling-tegen-te-gaan~a4502319/ Wie weet kunnen we in Zwolle een project met bufferen starten, in plaats van het investeren in Windmolens?
Wat ik overigens een zinvollere discussie vindt, is dat we het het gaan hebben over het grondgebruik. In een ander draadje heb ik daar al eens over geschreven. https://www.weblogzwolle.nl/nieuws/61787/initiatief-voor-zonnepark-nabij-ijsselcentrale.html . Ik ben niet tegen zonnepanelen, verre van! Ik denk dat het beter is om eerst de daken vol te leggen, alvorens we aan landbouwgrond gaan beginnen. Daarnaast zou ik eens onderzoek doen of wij als gemeente dergelijke initiatieven niet zelf kunnen doen. Wanneer we wel in de grondspeculatie zitten, dan kunnen we een dergelijk project aan. Vanwege de huidige lage rentestanden, de beschikbaarheid van kapitaal en de relatief zekere inkomsten van zonneparken als gevolg van de SDE+-regeling is financiering wel te verkrijgen. De rendementen zijn aantrekkelijk, maar dat is van ondergeschikt belang. De investering voor een zonnepark bedraagt €650.000 per ha en de opbrengsten zijn erg interessant. Acrres uit Wageningen heeft het een en ander wel eens uitgezocht in 2015. Ik snap niet waarom wij zo nodig de Duitse partij nodig hebben. Misschien weet jij daar meer over?
De noodzaak van bufferen wordt wel steeds belangrijker. Op dit moment zijn de energiecentrales de grootste vervuilers, https://wisenederland.nl/blog/grootste-klimaatkillers-van-nederland . Overdag hebben de centrales weinig te doen, maar ’s avonds moeten de centrales aan de bak. Ik vraag me af wat voor effect dit heeft op de uitstoot. Mijn auto verbruikt meer en stoot meer uit tijdens stadsritjes dan tijdens een rit op de snelweg. Misschien is dit wel een beetje filosoferen van de koude grond, toch wel belangrijk lijkt me.
Duitsland heeft vanaf het begin de zonne-energie voortvarend aangepakt. Nederland wou er lange tijd niets mee te maken hebben. Subsidieregelingen die als knipperlichten aan en uit gingen hielpen ook niet om er vertrouwen in te krijgen. De Nederlandse bedrijven die zonnepanelen maakten zijn failliet gegaan of verhuisd naar Duitsland.
Ik denk dat er in Duitsland door die voorsprong interessantere bedrijven zijn ontstaan op dat gebied en die ons natuurlijk best graag willen helpen nu wij opeens ook willen.
Het bedrijf Kronos heeft veel zonneparken opgezet en heeft nu diverse projecten in Nederland lopen. Gezien de opbrengsten, edepot.wur.nl/336567, zou ik als oudere boer ook eens goed nadenken… Ik snap alleen het business model van Kronos nog niet helemaal. Is Kronos enkel de ontwikkelende partij of blijven zij de gehele looptijd aandeelhouder? Ik vermoed dat zij enkel de ontwikkelende partij zijn en dat men later het park verkoopt aan investeerders. Wanneer dit daadwerkelijk zo is, dan kan de gemeente dit zelf ook ontwikkelen.