Morgen, 17 september, is het 65 jaar geleden dat de eerste paal geslagen werd voor een geheel nieuwe wijk, te weten Holtenbroek. Er wordt tegenwoordig geklaagd over woningnood, ook toen speelde dat fenomeen een belangrijke rol bij plannenmakend Nederland. De naoorlogse geboortegolf was daar een belangrijke factor voor.
‘Met stenen stapelen lossen we de woningnood niet op’ was het adagium bij veel planologen en daarom ontwikkelde zich een nieuwe bouwstijl. Deels prefab-woningen met van tevoren gemaakte betonnen wanden, vloeren en plafonds.
En daarom werd op woensdag 17 september 1958 die eerste paal officieel de grond in gejast, door ene minister Bernard de Witte. Als 10-jarig jongetje heb ik die gebeurtenis bijgewoond. Voor de officials interessanter dan voor de honderden via scholen opgetrommelde kinderen die het Zwols Stedenlied ten gehore brachten: “In het midden van ons landje ligt een stad die zeer bekoort”.
’t Bijzondere van die wijk als geheel is dat ze planologisch verdeeld werd in vier stukken, waarover winkels, kerken en parken, om maar wat te noemen, ‘eerlijk’ verdeeld werden. De wijk raakte al snel vol. Andere wijken werden gebouwd en de eerste bewoners van Holtenbroek verhuisden in de jaren zeventig naar de Aa-landen. Naar iets groters, iets ruimers.
In de jaren tachtig ging het met Holtenbroek de verkeerde kant op. De wijk verloederde door vandalisme, burenruzies, drugsoverlast en vervuiling. Ook ontstonden spanningen tussen de oorspronkelijke bewoners en nieuwkomers uit andere culturen, zoals Molukkers, Turken, Marokkanen en Surinamers. Het aantal allochtone Holtenbroekers zou geleidelijk stijgen tot 35 procent in 2006.
In de jaren negentig is die problematiek goed aangepakt hetgeen resulteerde in een herstructurering van de wijk. Een groot deel van Holtenbroek 1, het oudste gedeelte, is begin deze eeuw afgebroken en opnieuw opgezet en elders werd en wordt nog steeds gerenoveerd.
Holtenbroek verdiende zo’n renovatie. Zo’n vijftien jaar na ons zingen, kregen de schoolkinderen van toen de gelegenheid er te gaan wonen. Voor velen de start van het leven van een vrije volwassene, niet meer inwonend bij pa en moe.
Ook ik heb een aantal jaren met veel genoegen in de Obrechtstraat gewoond. Voordeel van wonen in Holtenbroek is zeker dat je heel veel namen van componisten leert kennen. Hoewel ik moet bekennen dat ik, bij mijn weten, nooit bewust geluisterd heb naar muziek van die mijnheer Obrecht. Schande eigenlijk.
‘k Heb er toch al vijftig jaar de tijd voor gehad.