In de afgelopen week heb ik een aantal keren telefonisch contact gehad met de gemeente Zwolle. In eerste instantie word je dan – wat tegenwoordig heel gewoon is – door een computer te woord gestaan. Wat me opviel, is dat het eerste wat er dan namens de gemeente Zwolle gezegd wordt, het volgende is: “Fijn dat u belt.”
Op z’n zachtst gezegd, vind ik dat vreemd. Want stel dat ik de gemeente bel om bijvoorbeeld iets te melden omtrent een sterfgeval. Dan komt dat welkomstwoord, vind ik, raar over. ’t Lijkt me sowieso beter dat zo’n ‘computerstem’ zich niet al te menselijk voordoet. Ik heb al menig keer iemand ermee in gesprek horen gaan, wat dan meestal vreemd en abrupt werd afgebroken.
Er viel me nog meer op. Dat ik elke keer het zinnetje te horen krijg: “Dit gesprek kan voor trainingsdoeleinden worden opgenomen.” Ik weet wel dat je, mits je zelf aan het gesprek meedoet, je het gesprek mag opnemen. Toch heb ik daar moeite mee.
Uit de formulering van bovenstaand zinnetje is niet op te maken wanneer er wel of niet wordt opgenomen. Ik vermoed niet altijd, want dan zouden al die gesprekken moeten worden ‘uitgeluisterd’. Hoewel, dat zou best eens kunnen want hoe vaak krijg je niet te horen: “Al onze medewerkers zijn in gesprek?”
’t Zou wellicht fatsoenlijker zijn dat de eerste niet-computerstem, kortom een echte medewerker, me als dat nodig is, vraagt: ”Hebt u er bezwaar tegen dat dit gesprek wordt opgenomen?”
Er valt me trouwens al veel langer op dat de tijd die je aan de telefoon moet wachten, schijnbaar moet worden opgevuld met muziek. In de meeste gevallen is het niet mijn muzieksmaak en klinkt het erbarmelijk. Je kunt het echter niet uitzetten, want dan wordt de verbinding verbroken en kun je opnieuw inbellen.
Misschien kunnen we dat gedoe met het ‘opnemen van telefoongesprekken’ wel stoppen als heel veel mensen die eerste medewerker dan vragen: “Hebt u er bezwaar tegen dat ik dit gesprek voor trainingsdoeleinden opneem?” Als er dan gevraagd wordt wat er dan getraind wordt, weet ik ook al een passend antwoord: “Mijn geheugen.” Daar valt vast niets tegen in te brengen.