“Vanaf vandaag ben ik weer directeur,” zegt een glunderende Meine Boonstra woensdag in zijn feestwinkel Meinesz & Bennesz aan de Assendorperstraat. In de kelder van zijn winkel zit een van de kleinste musea van Nederland, het Sinterklaasmuseum.
Jarenlang kwamen tienduizenden bezoekers van heinde en verre naar het piepkleine museum in Assendorp. Een hevige hoosbui maakte daar begin juli een abrupt einde aan. Het regenwater stroomde de kelder in en verwoeste een deel van de unieke collectie.
“Wij waren een weekend weg en toen we thuiskwamen stond de kelder blank,” vertelt Boonstra. De schade aan de collectie was groot door het water en de vochtige lucht in het twaalf vierkante meter grote museum. Veel boeken, tekeningen, poppen en andere collectiestukken waren verspocht.
De kelder werd in allerijl leeggepompt en een specialistisch bedrijf plaatste veel museumstukken in een droogkamer. Bouwdrogers werden in de kelder gezet om de laatste resten vocht te verwijderen.
“Nu is het eindelijk zover dat we weer open kunnen,” zegt Boonstra. “Gelukkig is een groot deel van de verzameling bewaard gebleven en net als een echt museum hebben we een depot.” Het deel van de collectie dat verloren is gegaan is vervangen door museumstukken uit de opslag. De museumdirecteur heeft een passie voor Sinterklaas. In 2006 opende Boonstra zijn museum om de oeroude traditie van Sinterklaas in ere te houden.
Tienduizenden mensen bezochten door de jaren heen het museum. “Als je dat omrekent naar het aantal bezoekers per vierkante meter, dan is het het best bezochte museum van Nederland,” aldus Boonstra. Om het geld is het hem niet te doen. De entree is vooral symbolisch en dat geld gaat naar het goede doel.
Het Sinterklaasmuseum is het hele jaar geopend van woensdag tot met zaterdag.