Voor het sterkste damesteam van Be Quick ’28 is zaterdag het doek gevallen in de nacompetitie. De blauwvingers verloren op eigen veld van topklasser CVV Berkel. Volgend seizoen komt Be Quick ’28 dan ook weer uit in de hoofdklasse van het vrouwenvoetbal. “Achteraf kunnen we spreken over een teleurstellend resultaat, maar kunnen we absoluut terugkijken op een verder prima gespeelde wedstrijd,” zegt Randolph de Fretes, trainer van Be Quick ’28 Vrouwen 1. “De complimenten bleven in Zwolle, de punten gingen mee met CVV Berkel.”
In het begin van de wedstrijd met veel publiek langs de lijn was het voor beide ploegen wat zoeken en aftasten. Dat veranderde in de 14e minuut, met veel speelsters voor de goal van de Zwollenaren tikte Berkel de bal in de touwen: 0-1. “Op dat moment natuurlijk een flinke domper, maar het had verder geen consequenties voor ons spel,” concludeert De Fretes. “Vanaf dat moment werden we eigenlijk alleen maar dominanter en hadden we veelal de bal. De druk van Berkel werd steeds minder en de gaten werden groter, waardoor we steeds verder naar voren konden.”
Het lukte Be Quick niet om in de eerste helft grote kansen te creëren. Een sterke aanval resulteerde in een doelpunt, maar dat werd afgekeurd wegens buitenspel. Het uitvallen van aanvoerder Lauri Weijkamp was de volgende tegenvaller voor de thuisploeg.
In de tweede helft bleef Be Quick de ploeg die aan de bal was. Meerdere kansen kwamen dan ook om de gelijkmaker binnen te schieten. “Wat we ook deden, de bal wilde er niet in,” zegt De Fretes. Ook de pogingen van De Fretes om het verschil te maken liepen op niets uit. De trainer wisselde meerdere speelsters, waardoor er in de slotfase zes aanvalsters in het veld stonden. In blessuretijd profiteerde Berkel van het gebrek aan defensie bij de Zwollenaren. Vanuit een counter schoot de topklasser de 0-2 binnen.
“Het moment van uitschakeling was direct voelbaar en niet al te lang daarna floot de scheidsrechter af,” zegt De Fretes. “Zeer teleurgesteld droop iedereen af, wat bemoedigende woorden werden nog gesproken, maar uiteindelijk bleven we met lege handen achter.”